Doorgaan naar hoofdcontent

Borkener Paradis: een historisch tweeluik

Ems, Borkener Paradis, Meppen
11 juni 1811: Joachim von Versen staart peinzend over de Ems. Het is weer een zware winter geweest, opnieuw is een grote populier door het wassende water geveld. De houtvesters hebben de rivier weer vrij moeten maken zodat de erts- en houtskoolbarken uit het zuiden kunnen passeren. Vanaf het hoogste punt op de duinen van de marke Borken heeft hij een goed uitzicht over het Hudewald. Het is stil, alleen de nachtegalen kwinkeleren alsof het voorjaar net begonnen is. Als apotheker kon hij vandaag zijn voorjaarsoogst binnenhalen. Valeriaan, ereprijs en muurpeper, roze, blauw en geel kunnen vanmiddag verwerkt worden tot tincturen. Sleedoorn en Meidoorn beginnen zoveel vrucht te dragen dat hij een deel van de opbrengst kan verkopen aan apothekers in Meppen en Haselühne......
Borkener Paradis
Plots worden zijn dagdromen wreed verstuurd door twee jonge merries van de landheer.  Briesend en bruisend zoeken ze verkoeling in de Ems.
                           
KNNV Groningen, excursie Borkener Paradis
                                                               
11 juni 2011: Waar eens Joachim von Versen zat lopen nu elf leden van de Groningse KNNV afdeling door het unieke Hudewald van het Borkener Paradis (Versen, westelijk van Meppen). Het landschap lijkt niet veranderd, er wordt nog begraasd en sporen van de moderne beschaving zijn beperkt tot wat verkeerslawaai. Als het hek zich achter ons sluit waaiert het rivierduinlandschap breed uit. Knoestige eiken kronen de hoogste toppen. Hier en daar is het duinzand opengetrapt door de paarden en krijgen, in Nederland, zeldzame planten als Aarereprijs, Overblijvende Hardbloem en Kaal Breukkruid kans om te kiemen.
Overblijvende Hardbloem
Op paardenmest pronkt de Grote Speldenprikzwam. Een Wespendief draait grote kringen over het gebied, al snel gevolgd door een Rode Wouw. Nachtegalen, Matkop- en Glanskopmezen, Tuinfluiters en Gekraagde Roodstaarten zingen in het dichte struikgewas. Zwarte specht en Grote bonte specht maken gebruik van opstaand dood hout.


Grote Speldenprikzwam
Lange Ereprijs
Het Borkener Paradis is  sinds 1937 staatsnatuurreservaat en slechts 33,5 hectare groot. Toch groeien er ruim 230 soorten plantenin een halfopen, en af en toe wat parkachtig, boslandschap. Bewaard gebleven dankzij de geïsoleerde ligging in een meander van de Ems, op de rand van veen en de Noordduitse laagvlakte. Een uniek gebied op nog geen twintig kilometer van de Nederlandse grens.   
Borkener Paradis, Meppen
                                 

Reacties

  1. Heel mooi geschreven. Wilde nog iets vragen over een determinatie maar dat komt later wel. Hier heb ik trouwens wat waarnemingen neergezet: http://germany.observado.org/gebied/view/33796?g=0&from=2011-05-11&to=2011-06-11&sp=0&z=0&u=0&g=0&z=1&from=2000-05-11&to=2011-06-11&u=0

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hallo Kees,

    Leuk om op jouw blog over dit gebied te lezen.
    Ik ben hier jaren geleden samen met mijn beste vriend ooit naar toe gefietst (vanaf Roswinkel) als scholieren. Een bijzonder gebied, waar mijn vriend later als student bos- en natuurbeheer ook geregeld op terug greep.

    Groeten Bas Hollander

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak