Doorgaan naar hoofdcontent

Een groen kroonjuweel in Harens Scharlakenbos

Haren (Groningen) profileerde zich vroeger als de groenste gemeente van Nederland. Inmiddels is er door stevig kapbeleid en vooral ander groenbeheer veel minder groen dan vroeger in het dorp.  Volg echter eens de Scharlakenweg richting het, ook al verlies gevende, zwembad. Knoestige eiken reiken over de weg. Slangenwortels vormen een dicht tapijt over de spoorsloot. En rechts van de weg begint en donkere bomenbos: het Scharlakenbos. Lange lanen zijn de laatste getuigen van vroeger beheer.
De ondergroei bestaat inmiddels uit een ondoordringbare jungle van bramen en Rankende Helmbloem. Er is keus uit rechtdoor richting de natte weide of eerst een kronkelpad. Wat je ook kiest, op het pad liggen stevige vlaaien van levende maaimachines. Waar vroeger lariksbomen gekweekt werden liggen nu half omgevallen stammen te wachten op paddenstoelen voor de laatste gang van elk organisme.

Als het bos zich opent voor een bizar gevormd, klein, perceel zijn de zwarte ruggen van de zwaar gehoornde runderen al te zien. Een wolbaaltje op poten blijkt een kalf te zijn. Zelfs met een onderdanige boog om deze krachtpatsers is het mogelijk om een kleine sloot te bereiken. En dan blijkt dat groen Haren nog steeds bestaat.
Pilvaren
De zeldzame Pilvaren vormt dichte matten op de lemige bodem. Grasachtig en weinig spectaculair is het een botanisch kroonjuweel voor het dorp.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak