Doorgaan naar hoofdcontent

Oernatuur op de kwelder van Schiermonnikoog

Schiermonnikoog, kwelder
In de verte lokt het Willemsduin. Eens het laatste duin van Schiermonnikoog en eindpunt van de kwelder, nu voorbij gestreefd door stuivend zand en een wandelend eiland. Na de broedtijd is het nog steeds het verste punt voor een dagje Schier, nog verder betekent dat de laatste boot mogelijk niet meer gehaald wordt.

Schiermonnikoog, Willemsduin
Deze natte zomer laat goed zien dat de natuur van Schiermonnikoog zich niet in een harnas van paadjes laat persen. Regenwater heeft paden verbouwd tot nieuwe slenken. Waar eens vaste grond lag verschijnen verraderlijk diepe prielen en kreken. Riet en zeekraal staan naast elkaar om aan te geven dat het gevecht tussen zoet en zout water nog lang niet gestreden is. De mens als bezoeker is hier letterlijk gast in oernatuur. Een landschap getekend in eenvoudige kleuren en open tot aan de horizon. Iedereen is het er over eens dat het gebied van een ongekende schoonheid is. Tegelijk is het ook een weerbarstig gebied. We zijn zo verwend in deze aangeharkte maatschappij dat bij velen de moed in de schoenen zinkt als ze voor de uitdaging staan om zo het Willemsduin te bereiken.

Goudknopje
Landschap en vegetatie zijn echter uitstekende wegwijzers. Zeekraal en Riet moet gemeden worden maar pollen Zeerus of velden met het grijze Zeealsem zijn natuurlijke stapstenen. Paarse Zeeaster is wel te vertrouwen maar het gele, en exotische, Goudknopje niet. Brede slenken vormen onneembare barrières met een stinkende modderbodem. Volg echter de oever richting het duin en je komt bij een versmalling. Koers op de doorbraak van de Stuifdijk en volg het verlengde Waterstaatspad tot aan paal 13, vervolgens recht de duinen oversteken en het machtige Willemsduin ligt aan je voeten.

Teunisbloem

Op de laatste dag van de Nijmeegse Vierdaagse worden traditioneel gladiolen aangeboden. Het Schierse Willemsduin laat juist nu elke finalist genieten van geurende, gele Teunisbloemen. Samen met het onvergetelijke landschap, de geluiden van Kleine Mantelmeeuw en Graspieper en de geur van het zilte water biedt het een herinnering aan de oernatuur van een prachtig eiland.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak