Doorgaan naar hoofdcontent

De rafelrand van Nederland

Noordpolderzijl
Noordpolderzijl, de plaats waar Nederland een streep zet. Tot hier en niet verder, de weg houdt hier op, het Zielhoes biedt wat laatste comfort. Alleen het overtollig regenwater mag er door. Boven op de dijk verwacht je het eindeloze water,  golven die op het land stuk slaan. Maar Nederland is hier wat minder strak in de leer.








Groningse kwelders
Een rafelrand van strekdammen, kwelders en prielen strekken zich nog ruim honderd meter voor de kust uit. Vette klei waar twee keer per dag de vloed zijn werk mag doen. Maar ook bij eb blijft de bodem verzadigd van water. Dit is geen terrein voor mensen, hier regeert de natuur. Paaltjes worden bekroond door tientallen Zilverplevieren. Scholeksters blijven liever dichter bij de gedekte tafel en staan op een kleine plaat te wachten op laag water.
Scholeksters

Torenvalk
Enkele kilometers oostelijker blijkt dat de rafelrand echter niet alleen land is wat gretig naar de zee reikt. Wat verwondert aangestaard door een enkele buizerd en een torenvalk rijdt op deze zondag een kleine karavaan van KNNV Groningen door naar de Emmapolder en de Ruidhorn. Een prachtig natuurgebied waar de zee met waterige vingers onder de dijk door mag steken. Ontstaan als natuurcompensatie voor de opmars van de Eemshaven en ingericht door Natuurmonumenten is het nu een vogelparadijs geworden. Brakke plassen en slikkige randjes bieden zomer en winter een aantrekkelijk biotoop voor duizenden vogels. Tientallen Brilduikers en twee Kleine Zilverreigers zijn duidelijk nog niet gewend aan al die starende kijkers en laten zich niet fotograferen. Maar Tafeleenden en Brandganzen slapen of eten rustig verder. Wel zie je ze geregeld even opkijken want ook hier loert er gevaar. Een Slechtvalk! Uit het niets schiet een schicht op de groep vogels af, een duikvlucht, een snelle zwenk maar ditmaal hebben de vogels geluk. Even verder ligt een stille getuige dat ook de roofvogels hun kostje kunnen vinden. Oude restanten van een meeuw en verse prooiresten van wat eens een buizerd was. De gele klauwen liggen machteloos in het gras, de snavel is nog herkenbaar samen met wat slordig afgeknipte slagpennen. Duidelijk geen vos, misschien een passerende Zeearend?

Brandganzen, Ruidhorn
De rafelrand van Nederland aan de Groningse kust met Noordpolderzijl en Ruidhorn als een zachte scheiding tussen land en water.


Reacties

  1. Mooie blog over het uiterste stukje Nederland.
    Een bijzonder gebied dat je prachtig hebt beschreven. Af en toe kom ik er wel eens en nu ik je blog lees denk ik dat het er binnenkort maar weer eens van moet komen...
    Natuurkieker Coby

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hallo Kees,

    ik moest eerst even lezen wat nou precies een rafelrand was, maar ik ben het met Coby eens dat je een prachtig stukje natuurgebied hebt beschreven.

    Beetje te ver voor mij als Noord-Hollandse, maar als we weer eens op pad gaan is het wel een aanrader.

    Groetjes, Helma

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak