Doorgaan naar hoofdcontent

Pinguins, unieke zeevogels

Rotsspringer, Westpoint Island (Falklands)
We hebben wat met pinguins. Happy Feet beheerste weken lang het nieuws, documentaires over Keizerspinguins kluisteren miljoenen aan de buis en kinderen groeien op met pinguin knuffels. Zelfs in hun eigen omgeving zijn het zeer bijzondere vogels. Wat koddig op het land maar eenmaal op zee zijn ze onherkenbaar. Elegante zeevogels die hier in hun element zijn. Gezellig dobberen, dan weer duiken of met de golven mee springen. Tot honderden kilometers vanaf de kust zwemmen ze achter hun voedsel aan.

Magellaen pinguin, Carcass Island (Falklands)
Juist op dit moment, in het zuidelijke voorjaar, zijn ze vooral aan land te vinden. Druk bezig met paarvorming, het vinden van een geschikte nestplaats en vervolgens broeden en jongen groot brengen. De kleinste is de Rotsspringer. Eén van de meest bezochte kolonies ligt op Westpoint Island (West Falkand). Samen met Wenkbrauwalbatrossen vormen ze een gezellige kolonie. Goed beschermd tegen roofzuchtige roofmeeuwen (Subantarctische Jagers) maar wel honderden meters boven het strand. Dagelijks moet er dus heen en weer gependeld worden voor een vissige maaltijd.

Macaroni Pinguin, South Georgia
Koningspinguin, Salisbury Plains, South Georgia
In hetzelfde gebied komen Magellaen pinguins voor. Een beetje gelijkend op Afrikaanse pinguins of Humboldt pinguins maar met een ander kleurpatroon op de borst. Eigenlijk een beetje saaie vogel vergeleken met zijn kleine neefje. Voor wat meer kleur moeten we uitkijken naar Macaroni Pinguins. Rond Westpoint worden ze wel gezien maar grote kolonies zijn te vinden op South Georgia. Midden in de Zuidelijke Oceaan, op tweeduizend kilometer van de Zuid-Amerikaanse kust ligt dit bergachtige en eens vulkanische eiland. Vroeger thuisbasis van walvisjagers, nu geheel teruggeven aan de natuur.

Koningspinguin, jonge vogels op South Georgia
Macaroni's zijn wat groter dan Rotsspringers en zien er wel heel bizar uit met hun gele kopveren. Net als alle pinguins zijn het wat onhandige lopers die houden van vaste routes. Gewoon rustig naast een pinguin snelweg gaan zitten en ze lopen gewoon langs de lens.

Maar South Georgia is toch vooral het eiland van de Koningspinguins. De Salisbury Plains staan er juist nu vol mee. Zestigduizend of soms nog meer vogels, vanaf het strand tot diep in de vallei, bieden een onvergetelijke indruk van het rijke Antarctische leven. De Koning is net iets kleiner dan de Keizer maar toch nog bijna een meter hoog. Voor bezoekers interesseren ze zich nauwelijks, ze zijn met hun eigen zaken bezig. Diep in rust of wat bakkeleien met de buren over de ruimte rond hun nest.






Dat is wel wat anders in de kindercreche. De bruine hobbezakken donderjagen alle kanten op. Af en toe hun ouders achtervolgend voor nog een visje of gewoon een beetje pikken naar langslopende fotografen. Bijna onvoorstelbaar dat ze binnen een paar maanden ook in stemmig grijs en zwart pak rond zullen zwemmen.

Ezelspinguin, Port Lockroy
Kinbandpinguin, Hannah Point (Linvingstone Island)
Adelie en Ezelspinguin, Neko Harbour
Verder naar het koude zuidwesten, op het Antarctisch Schiereiland, zijn het vooral Stormband- en Ezelspinguins die de kusten bevolken. Tienduizenden vogels ontmoeten elkaar hier op de broedkolonies rond Orne Island, Port Lockroy en Cuverville Island. Bij de jonge Ezeltjes is de rode snavel al te herkennen, de grijze mantel wordt later diep zwart en er komt voor de afwerking nog een witte streep over de kop.







De Stormband heeft dezelfde afmeting maar is in stemmig wit-zwart uitgevoerd. Beide zijn luidruchtige en vooral geurige vogels. Op honderden meters afstand is de doordringende stank van vis al te ruiken. En zoals altijd met kolonievogels moet er heel wat besproken of juist onderhandeld worden. Over elk steentje lijkt wel een dispuut mogelijk. De meest dominante pinguins zijn dan ook snel te herkennen. Midden in de kolonie en met een volledig kaal stuk grond om het nest. Alles is gebruikt om hun nest nog mooier te maken.





Aan de andere kant van het Antarctisch Schiereiland broeden Adelie Pinguins. Soms raakt er één op drift en komt aan de westkant terecht. Direct herkenbaar van alle andere pinguins door hun opvallende witte oogring maar ook doordat ze wat meer gedrongen zijn dan de Ezels en de Kinbanden.

Pinguins, unieke zeevogels van de Zuidelijke IJszee.




Reacties

  1. Ja inderdaad, pinguïns spreken tot de verbeelding, veel meer dan vliegen bijvoorbeeld zoals jij al op mijn blog opmerkte...
    Een prachtige en interessante blog heb je gemaakt van deze fraaie en bijzondere vogels.
    Erg leuk om te lezen en zeker ook een blog om nog eens weer terug te keren.
    Schitterende foto's en interessante informatie!
    Natuurkieker Coby

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Een mooie en informatieve blog over de verschillende soorten pinguins. Wat zijn het toch mooie dieren om te zien en heel fascinerend. Hoezo is jouw blog een postzegelverzameling? Dit is echt een mooi geheel.
    Wat me wel opvalt is dat je alle foto's van bovenaf genomen hebt en ze worden zo mooi op ooghoogte.
    Geweldig om deze soorten allemaal in de vrije natuur te kunnen zien.
    groeten, Gonnie

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Dat brengt weer herinneringen tot leven. leuk
    greets kitty

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak