Doorgaan naar hoofdcontent

Voorjaar in het veen

Siepelveen, Zeegse, Gagel vegetatie
Vorig jaar schreef ik in maart over een kikkerfeest in het Siepelveen bij Zeegse. Deze week is het niet gelukt om de Heikikkers bij hun muzikale spel te betrappen. Verkleumde klompen kikkerdril getuigen van hun aanwezigheid, zelf zwijgen ze niet alleen maar laten ook geen neuspuntje zien. We moeten het doen met twee luid hinnekende Dodaars paartjes. Elk aan een eigen kant van het grote ven maar niet van plan om ook maar één veer te laten fotograferen. Wintertalingen en kuifeenden volgen hun voorbeeld, wel kijken maar niet schieten.

Speurend naar verborgen kikkers wordt de neus echter voortdurend geprikkeld. Een kruidige lucht dringt zich op, Gagel wil even laten weten dat ze nadrukkelijk aanwezig is. Geen andere struik kan met zijn wortels in het zure veenwater gedijen. Om te weten hoe ze dat doen moet er gedoken worden. Verborgen in bruine drab liggen zijn knobbelige wortels met daarin een bijzondere gast. De straalschimmel Frankia is microscopisch klein maar van levensbelang voor Gagel. Ze weten, in een venige omgeving zeldzaam, stikstof te binden en dit als kant en klare hap aan de struik aan te bieden.
Gagel, mannelijke struik
Gagel is een tweehuizige struik die in het vroege voorjaar bloeit. De mannen zijn opvallend aanwezig met roodbruine katjes. Even een droge dag met wat zon en het is zo ver. Wolken stuifmeel verlaten de struik op zoek naar een gewillige dame. Meer dan 90% zal niet goed terecht komen, uitdrogen en verwaaien. Sommige korrels zullen verzinken in het veen en honderden jaren later vertellen over wat hier ooit groeide. Maar een paar korrels krijgen de gewenste beloning. Een vrouwelijke struik steekt gulzig haar kwastjes de lucht in om een zwevende man te vangen. Eenmaal in haar klauwen laat ze niet meer los, de korrels gaan uitlopen en zorgen zo uiteindelijk voor de bevruchting. Voor mij, tweebenige landrot, lukte het niet om de dames te benaderen. Misschien komt later nog eens een moment voor een mooie foto.
Gagel in actie, de helmknoppen open en het stuifmeel in de lucht

Nog een paar weken en het spel is voorbij. Tijd voor hard werk, er moet gebouwd worden aan het eigen voortbestaan. Blaadjes lopen uit, zonne-energie wordt gevangen en de suikerfabriek draait op volle toeren. De gagel struik kan weer gaan groeien, energie opslaan en zich gaan voorbereiden op een volgend seizoen met opnieuw een spel voor dames en heren die niet kunnen samenwonen.

Gagel  kenden we vroeger als Brabantse myrte of Drentse thee als remedie tegen huidziekten. De giftige en vluchtige olie uit de harsklieren was ook een probaat middel om het wasgoed van een aangename geur te voorzien. Maar het meest bekend is Gagel geworden als smaakstof voor bier. Hoge belasting op Hop werd ontdoken door uit te wijken naar gratis Gagel, toen Post of Porst genoemd en aan ons overgeleverd als het bekende kloosterbier van Postel.

Veenpluis

Veenpluis
Als de Gagel begint te bloeien is het ook tijd voor Veenpluis en Eenarig Wollegras om te gaan bloeien. Veel minder opvallend, bijna teer, steken ze hun bloeiaren boven het veenmos uit. Net kleine kozakkenmutsen op een steeltje.

Voorjaar in het veen is in Noord-Nederland bijvoorbeeld te zien in het Siepelveen maar ook in het Groningse Appèlbergen, één van de groene kroonjuwelen van Haren.




Reacties

  1. Als echte Brabantse, dicht in de buurt van Postel wonend, moet ik bekennen dat myrte me niets zegt. Gagel doet me altijd denken aan de boeken van Marten Toonder. Het blijkt een mooie plant te zijn, net als het veenpluis.
    Groeten, Gonnie

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Leerzaam blogje. Leuk dat ik op deze manier wat aan mijn plantenkennis kan werken.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ah, jij laat hier Gagel zien zoals ik me dat afgelopen weekeinde ook voorstelde
    maar op mijn plekje was het nog niet ontloken.
    Mooi om het dan hier bij jou al even in volle glorie te zien, inclusief boeiend
    verhaal en weer wat geleerd, wist niet dat het als smaakstof voor bier diende.
    Ook het bloeiende veenpluis prachtig vastgelegd.
    In de lente kom je toch werkelijk ogen en oren te kort om alles te kunnen volgen.
    Natuurkieker Coby

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hallo Kees,

    Weer een leuke en leerzame blog.
    Wat de heikikkers uit je vorige blog betreft, mij is het ook amper gelukt ze dit jaar te fotograferen.

    groet Marcel

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Wat weet jij indrukwekkend veel over de natuur!
    Helaas geen heikikkers, ik heb ze vorige week wel gehoord en in de verte gezien, ik ga dus volgend jaar in de herkansing.
    Veenpluis hebben we hier in de omgeving ( Vechtplassen) ook, dat ga ik ook weer eens opzoeken, en dan speur ik ook naar ander moois!
    Groetjes
    Loes

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Here, there were many fine nature photos, proof that spring is in full here with you.

    A wonderful time we go into the now.



    Ottar

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Wonderful explanation of the peat bogs.
    It is very acidic indeed but one can find many interesting dragonflies!
    This is an environment that I love to prospect!
    Well done!

    BeantwoordenVerwijderen
  8. Mooie foto's en leuke info erbij. De heikikkers zullen aan het eind van de week wel actief worden, als het temperatuurtje boven de 15 graden gaat komen.
    Lijkt me geweldig om die blauwe mannetjes eens te ontmoeten.
    groetjes Ghita

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Interessante info, Kees, bedankt hiervoor. Hoe kom je aan deze kennis? Beroepsmatig?
    Groeten, Marion

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Als je ruim 40 jaar rondkijkt in de natuur verzamel je veel feitjes. Een opleiding als bioloog, 30 jaar cursussen en presentaties geven maar natuurlijk ook een ruime bibliotheek bieden verdere verdieping. Maar feitelijk besef je elke dag dat er nog veel meer valt te ontdekken of te zien.

      Verwijderen
  10. These are beautiful plants and it's very nice to read about them.

    Thanks for sharing your knowledge, Louise.

    BeantwoordenVerwijderen
  11. Hai Kees,

    Hele fraaie foto's!
    De uitleg kan ik ook altijd zeer waarderen, nooit te oud om iets bij te leren.

    Groet,
    René

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak