Doorgaan naar hoofdcontent

Roegwold, wandelen door prehistorisch oerwoud

Roegwold (Groningen), eens een oerwoud
Voorjaar in het Roegwold. Een zwoele wind waait door de drijfnatte boomkruinen. Fris groen loof siert eik, linde en iep. Op een open plek grazen oerossen en edelherten. Voortdurend waakzaam voor eventuele ongewenste belangstelling van een lynx. Niets wijst er op dat de vreemde tweebenige jagers van afgelopen zomer weer terug zullen komen.





Roegwold, 6100 jaar geleden. Enorme eiken, lindes en iepen, oerbos doorsneden door grotere en kleinere beekjes
Na 6100 jaar weer zonlicht op de stronken uit het oerbos
Ruim zesduizend jaar later is het Roegwold een verstilde herinnering in een Gronings landschap waar de horizon onbereikbaar ver is. Resten van machtige woudreuzen liggen verkrampt en stil in de modder. Geveld en verdronken in een landschap waar het water heer en meester werd. Waar de Fivel getracht heeft om het tij te keren door steeds meer water af te voeren maar uiteindelijk zelf verslagen werd door de springvloed. Dieren en mensen trokken weg om pas millennia later weer langzaam terug te keren. Wat bleef was het hout van het Roegwold. Toegedekt onder laagjes klei en veen, geconserveerd voor een toekomst die er zo anders uit zou zien.

Rechtlijnig verkaveld, Woudbloem gemodelleerd door de mens

Ruim tweeduizend jaar geleden begon de mens met het boetseren van zijn landschap. Met vallen en opstaan werd het Roegwold nieuw land. Op de horizon verschenen wierden, boerderijen, kerken. Van zilt werd het gebied weer zoet maar het bos was verdwenen. Honderden jaren werd er geboerd. Geoogst, begraasd, gemest. Steeds intensiever werd het land gebruikt. Natuur werd ingekaderd en geminimaliseerd.

Stroomgebied van de Scharmer Ae, zuidelijk deel van het Roegwold

Het Roegwold rond de loop van de oude Fivel

Tetjehorn, meest noordoostelijk deel van wat eens het natuurgebied Midden Groningen genoemd werd

Kleine plevier, Roegwold

Groene glazenmaker, Woudbloem
Voorjaar in het Roegwold. Een gloednieuw plankier leidt langs plassen in de bedding van de oer Fivel. Natuur en waterberging in een steeds natter wordende wereld zijn samengekomen en hebben 1700 hectare tussen Kolham en Schildmeer veranderd in een blauwgroene parel. De mens heeft een stapje terug gedaan maar wordt nadrukkelijk uitgenodigd om het gebied te blijven bezoeken. Zwervend door het zuidelijk deel waar de Groene Glazenmaker al jaren geniet van de krabbenscheervelden. Zittend op een bankje om te genieten van een Kleine plevier die zijn nieuwste slikveldjes aan het verkennen is. Turend over de rietvelden van Tetjehorn waar de Roerdomp bast en de Bruine Kiekendief jaagt.


Op 6 juni 2015 zal het natuurgebied Roegwold feestelijk geopend worden door de nieuwe beheerder (Staatsbosbeheer) en ondernemers uit de omgeving. Kijk voor het programma op Facebook.


Reacties

  1. Wat is dat een prachtig gebied ,dat is wel een hele aanwinst,hier zullen we veel van gaan horen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Boeiend blog over een natuurgebied dat de moeite waard lijkt om eens te bezoek.
    Prachtige opnamen trouwens ook weer bij de interessante informatie.
    Natuurkieker Coby

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Een prachtig gebied zo te zien Kees en
    foto 3 met die weerspiegeling van dat hout in het water is werkelijk geweldig!
    Mooie en leerzame informatie en je foto's zijn meer dan mooi.

    Groetjes, Helma

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak