Doorgaan naar hoofdcontent

Allemaal beestjes


Groot koolwitje
Een willekeurige donderdagmiddag in Drenthe, ergens tussen half drie en drie. Op de achtergrond nu eens niet de meest populaire radiozender van Nederland maar de stem van Anouk in de Middag op RTV Drenthe. En dan klinkt het bekende geluid van Allemaal Beestjes. Tijd om te gaan luisteren naar bijzondere verhalen over grote, kleine, bekende en onbekende beestjes. Voor de ouderen onder ons misschien wel een beetje herinnerend aan de zondagse radiopraatjes van bioloog Dr. Fop I. Brouwer over al wat leeft en ons altijd weer boeit.

Inspiratie voor Allemaal Beestjes komt niet uit de bibliotheek maar gewoon uit wandelingen door tuin, bos en veld. Zeker in het voorjaar zijn er letterlijk overal spinnen, slakjes en vooral insecten te vinden. Elk met hun eigen trucs om te overleven, een partner te vinden of gewoon even ontspannen peuzelen van een buitgemaakte prooi. Om eens te laten zien wat Allemaal Beestjes alleen al in de afgelopen twee weken tegen is gekomen is een klein plaatjesalbum gemaakt.

Twintigvlek Lieveheersbeestje, zeldzaam in Nederland

Lissnuitkever, verbaasd opkijkend naar de fotograaf

Eurygaster testudinaria, een herbivore schildwants van vochtige plaatsen

Lieveheersbeestjes, iedereen heeft er wat mee. De zevenstip is zelfs uitgegroeid tot nationaal symbool tegen zinloos geweld. En dat terwijl het mooie kevertje alleen kan overleven als het zoveel mogelijk bladluizen levend kan verslinden. In 2015 en 2016 wordt er een landelijke inventarisatie van de ruim zestig Nederlandse soorten uitgevoerd. Snuitkevers en haantjes kiezen voor een geheel ander dieet.Echte vegetariërs die soms hun leven lang op één plantensoort leven. Lekker knabbelen zit er niet in voor wantsen. Zij eten hun leven lang met een rietje. Even boren en dan maar slobberen.

Witvlekstippelspanner

Witlijngrasmot

Gestreepte heidekokermot
Vlinders kent iedereen maar is dat wel zo? Kleurrijk, fladderend door de tuin op zoek naar de vlinderstruik. Dat is het beeld wat de meeste mensen hebben als je over vlinders begint. Maar er zijn meer dan tweeduizend andere soorten waar je wat meer moeite voor moet doen. Kruipend door de heide op de Gasterse Duinen bijvoorbeeld. Op zoek naar Grasmotjes met hun bizarre en behaarde snuit. Of naar de Gestreepte Heidekokermot. Als vlinder nauwelijks te vinden maar begin juni zijn de rupsjes gemakkelijk op te sporen. Geen harige kruipers maar goed verpakt in een zelf gebouwd kokertje hangen ze aan struikheide blaadjes. Niemand die ze ziet...... Maar ook dat klopt niet helemaal. Zoals veel andere insecten in Nederland hebben ook zij last van sluipwespjes. Voor deze miniatuurtjes is een Kokermot een uitstekende en goed belegde boterham voor hun kroost. Grote nachtvlinders kom je soms slapend in de struiken tegen. Nog beter is eens te gaan kijken bij de Nachtvlinderbelevenis. Een avond lang kijken bij de vlinderlamp en je zult verbaasd staan van kleuren en vormenrijkdom.

Bloedbij

Platbuik aan de maaltijd

Grote fopwesp


"Allemaal Beestjes" kijken is soms een echte uitdaging. Snelle bloedbijen blijven geen moment stil zitten. Voortdurend op zoek naar nestjes van zandbijen waar zij graag hun eigen ei bij leggen. Geen gesleep met stuifmeel, liever lui dan moe. Libellen zijn nog sneller. Met hun grote ogen zien elke beweging. Niet alleen op hun hoede voor gevaar maar ook voor een passerende prooi. Eten kunnen ze in de lucht maar even aan tafel is toch ook wel eens prettig. En als je eenmaal weet waar ze graag gaan zitten is het een kwestie van heel veel geduld. Maar de grootste uitdaging zijn toch de goed gecamoufleerde zweefvliegen. Ondanks hun bijna perfecte wespenpak zien ze elke beweging en voelen ze elke trilling met hun pootjes. En omdat ze niet veel groter zijn dan 15 mm lukt het nauwelijks om ze in de vlucht te volgen.

Bloedcicade

Grote eendagsvlieg

Driestreepspin
Sta eens stil bij het kleine gespuis. Verbazingwekkend bont als een Bloedcicade of vreemd gevormd als een heer Grote Eendagsvlieg. Waar zijn ze mee bezig. Overdenken ze hun laatste maaltijd of staan ze strak als een veer klaar om elk passerend vrouwtje een aanzoek te doen. Erik en het Groot Insectenboek van Godfried Bomans lijkt werkelijkheid te worden.

Reacties

  1. Ik vind het prachtig al die kleintjes, mooi in beeld gebracht Kees.
    De Lissnuitkever zag ik vandaag in mijn tuin, alleen kon ik hem nog niet goed op de foto krijgen
    Groetjes Tinie

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Je zal er zelf misschien niet veel bij stilstaan maar alleen al hoe je anderen enthousiast kunt krijgen om eens verder te kijken dan je gewend bent daar ben alleen ik al je veel dankvoor verschuldigd,

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Hoi, Kees,
    Leuke beestjes, maar dat snuitkevertje steelt wat mij betreft de show.

    Groet, Ubel.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hoi Kees,
    prachtige foto's van al deze beestjes en ook weer heel mooi gefotografeerd.
    Ik heb echter een opmerking: De libel in foto 9 is geen platbuik maar een glazenmaker.

    Groetjes, Helma

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Een mooie bonte verzameling beestjes, een prima uitnodiging om zelf ook
    met nog meer aandacht de omgeving af te speuren.
    Mooi opnamen en interessante informatie, die ik met genoegen heb bekeken en gelezen.
    Natuurkieker Coby

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak