Doorgaan naar hoofdcontent

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte)
Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken.
Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge

Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slakken- en vissenbloed. Anderen zoals de Achtoog en de Tweeoog zijn echte rovers die actief op jacht gaan naar watervlooien of muggenlarven  Alleen de zeer zeldzame Medicinale Bloedzuiger geniet als volwassen dier graag van een slok zoogdierenbloed.

"Achtoog" (Erpopdella testacea), Haren

Tweeogige bloedzuiger (Helobdella stagnalis), donker gekleurd door het zuigen aan rode muggenlarven (Kardinge)


Bloedzuigers zijn ringwormen en daarmee nauw verwant met de Regenworm. In plaats van zand filtreren hebben ze er echter voor gekozen om als parasiet door het leven te gaan. In de tropen en Midden-Europa ook als landdier maar bij ons uitsluitend in het zoete water. Sommige soorten zijn actieve zwemmers, andere kiezen meer voor een kruipend bestaan.  Geen ongericht gekronkel maar slim gebruik van twee zuignappen en bijzondere sterke spieren. Op de kop hebben ze oogvlekken waarmee ze in ieder geval licht en donker kunnen onderscheiden. Bij de determinatie van de achttien Nederlandse soorten is plaatsing en aantal van deze ogen belangrijk.

Doorschijnende bloedzuiger (Glossiphonia heteroclita), Haren

Doorschijnende bloedzuiger (Glossiphonia heteroclita), Haren

Doorschijnende bloedzuiger (Glossiphonia heteroclita), met eieren onder de buik (Haren)

Bloedzuigers kunnen zelfs vertederend zijn. Terwijl de meeste bloedzuigers hun eieren in een kapseltje aan waterplanten hechten kiest de "Doorschijnende Bloedegel" er voor om ze vast te kleven aan de buik van de moeder. Goed beschermd tegen knabbelende vissenbekjes kunnen ze rustig rijpen en uitkomen. Maar daarmee houdt de broedzorg nog lang niet op, Moeders heeft kleine uitstulpingen in de huid waarmee haar kroost nog enkele weken meegedragen wordt. Komt er toch een rover wat te dichtbij dan rolt ze zich gewoon op en verandert in een glibberig balletje.

Bloedzuigers, onbekend en toch bijzonder interessant om er eens bij stil te staan.





Reacties

  1. Als kind zijne zwom ik vroeger wel bij ons in de sloot achter het huis. Natuurlijk ook graag bij de waterkant waterspinnetjes vangen totdat ik opeens een zwarte worm in het water zag zwemmen.

    Dat bleek dus ook een bloedzuiger te zijn Kees en als kind zijne schrok ik me werkelijk te pletter. Hier lees ik wat ze doen, dus ik vind je blog weer een geweldige aanvulling qua informatie.

    groetjes, Helma

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. wat je zag was de zogenaamde "paardenbloedzuiger" Haemopis sanguisuga (naam "sanguisuga" betekent "zuigt bloed" maar dat klopt niet want ze eten regenwormen, slakken en insektenlarven, soms zelfs jonge salamanders; verder klopt de naam "paardenbloedzuiger" ook niet want ze hebben niets met paarden van doen.

      Verwijderen
  2. Geweldig informatief, Kees, mooi gefotografeerd ook, maar ik heb toch een licht gevoel van onbehagen als ik dit lees. Beetje enge glbbertjes, zeker niet mijn favoriete dieren!
    Groeten, Marion

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern