Doorgaan naar hoofdcontent

Weefkunst in het oude Transvaal


Wevernesten als weefkunst, Kololo
Experimentele architectuur met zuiver plantaardig materiaal en gegarandeerd een grandioos uitzicht. Tientallen bouwvakkers zijn er mee bezig, elk met een eigen bouwtekening maar wel ongeveer met hetzelfde stramien. Centraal een kraam- en kinderkamer, dan een gestoffeerde hal en daarvoor een landingsplatform.

Eerste knopen in het weefwerk, Grote Textorwever, Schoemanskloof

Geconcentreerd aan het werk, Grote Textorwever, Schoemanskloof

Bijna klaar! Grote textorwever, Schoemanskloof
 De eerste les in weefkunst wordt gegeven bij een schitterende accommodatie in de Schoemanskloof, westelijk van Nelspruit (Mpumalanga). Verborgen in een plooi van het Zuid-Afrikaanse Hoogveld ligt hier Old Joes's Kaia. Paul en Marian hebben hier hun droom waar gemaakt: een klein en gastvrij hotel gelegen in een Afrikaans Hof van Eden. Samen met hun vogelgids Appreciate bezoeken we de werkplaats van deze weefkunstenaars. Het zijn mannetjes van de Grote Textorwevers (Village Weaver) die met niets meer dan vezels van bananenbladeren de mooiste nesten maken. Bouwmateriaal is vaak langer dan het eigen lijf en wordt met eigen gekozen knopen vastgemaakt aan uitstekende takken. Vervolgens wordt op dit fundament een bolvormige kamer gesitueerd. Uiteindelijk wordt een gang aangebouwd met een deur die altijd open staat.

De oplevering wordt gevierd. Grote Textorwever, Schoemanskloof
De oplevering van elk weefwerk wordt groots gevierd met zang en dans. Soms aan één poot hangend, kwetterend en fladderend maakt de bouwvakker duidelijk dat zijn meesterwerk klaar is voor de keurmeesters. Soms heeft hij pech en verwijzen de, altijd vrouwelijke, juryleden zijn gebroddel direct naar de prullenbak. Dan zit er niets anders op dan maar overnieuw beginnen totdat het een paleis is waar elke dame graag in wil wonen.

Dikbekwever, Old Joe's Kaja, Schoemanskloof


Maskerwever, Kololo

Weefwerk van Grenadierwever, Pretoria Botanic Garden
Grenadierwever, Pretoria Botanic Garden

Veel variatie in het weefpatroon lijkt er niet te bestaan. Kijken bij de buren is er nauwelijks bij. Maskerwevers bieden weinig inspiratie, zij kiezen voor hetzelfde ontwerp. Dikbekwevers zijn al wat interessanter, zij laten de gang geheel weg. De meest zuivere bolvorm is hier het hoogste ideaal. Grenadierwevers vinden dit maar niets, een mooi stuk weefwerk is cylindervormig.

"Weefwerk" van Roodsnavelbuffelwever, versierd met nesten van Grote textorwever Kruger, Nationaal Park

Roodsnavel Buffelwever, Mapungubwe Nationaal Park

Voor de onverbeterlijke knoeiers is er een aparte weefklas gemaakt. Roodsnavel buffelwevers blijven het proberen maar komen niet veel verder dan een rommelig kraaiennest. Lang geleden hebben ze daarom afgesproken om het daarom maar samen te doen. Maar zelfs dan wordt het niet veel meer dan een flatgebouw zonder fatsoenlijke afwerking. Zelfs het goede voorbeeld van hun buren, de Grote Textorwevers,  wordt volledig genegeerd.

Wevervogels, een altijd weer boeiende vogelgroep.

In de volgende levering van deze serie blogs over Zuid-Afrika wordt lens en pen gericht op de Big Five maar ook de Little Five.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak