Doorgaan naar hoofdcontent

Winters goud

Gaspeldoorn
Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 106

Op deze eerste Kerstvakantiedag reed ik met mijn bonuszoon op de rondweg om Eindhoven. Het was voor de verandering eens zo rustig dat het geheel verantwoord was om afgeleid te worden door een tientallen meters lang gouden lint. Stevige, donkergroene struiken getooid met goudgele bloemen. Elk jaar laat ik me verrassen door de gaspeldoorn. In mijn geboortestreek kenden we alleen zomers bloeiende brem en ik herinner mijn verbazing toen ik voor de eerste keer winterse gaspeldoorn zag bloeien bij de Posbank. Voor mij is deze stekelstruik verbonden met de steile klifkusten van Bretagne en Wales. Scheef gewaaid door zeewind en een ondoordringbare barrière vormen tussen steile afgrond en wandelpad. Het is echter een soort die tot ver in Nederland wild voorkomt. Wel bij voorkeur op beschutte plaatsen zoals zuidhellingen en duinvalleien waar al te strenge, en steeds zeldzamere, vorst geen grip kan krijgen op de bloesems. Het blijft een raadsel welk dier als bestuiver optreedt. Hommels en bijen zijn in rust en toch worden er wel peulen gevormd. Leuk om eens uit te zoeken.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak