Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit april, 2020 tonen

Klimopkever

Klimopkever Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 235 Zelfs als je alle vijf delen van de ecologische flora uit het hoofd zou kennen is het onmogelijk om alle relaties tussen planten en dieren uit te kunnen tekenen. Soms heb je zelfs Facebook nodig om weer even op een nieuw spoor te komen. Vanuit leuke groepen rond kevers, wantsen en bijen ontmoet je gelijkgestemden die je kunnen attenderen op leuke beestjes. Zo werd ik deze week door Ferdinandus Luijten gewezen op het klimopkevertje. Uitsluitend op klimop te vinden en dat groeit er bij ons volop. Dus het klopnet werd uit de kast gehaald en mogelijk tot groot vermaak van de buren werd er even stevig rond geslagen in de groene schutting. Tientallen pikzwarte klimopbladluisjes vonden het maar niets dat ik hun in de maaltijd stoorde. Een motmugje van het geslacht Pneumia bleef lang genoeg zitten voor een foto. En bij de tweede ronde was het raak: 1 klimopkever in al zijn bonte kleinheid. Bijna 5 mm kever, als larf groot gewo

Hopklaver

Hopklaver Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 234 Het is eind april en de bermen jubelen weer in duizend bloemen kleuren. Voor mijn echtgenote betekent dit dat er wekelijks een veldboeket geplukt wordt voor de tuintafel. Voor anderen betekent het dat de flora weer afgestoft wordt en alles weer een naam mag krijgen. Soms is dat gemakkelijk als bloem en blad uniek van uiterlijk zijn. Rode klaver bijvoorbeeld. Als er een V op het blad staat en de bloemen eenkleurig paars zijn is het altijd rode klaver. Maar een klavertje met gele bloempjes? In het Middellandse Zee gebied, waar we nu helaas niet naar toe kunnen, betekent dat even bellen met directe hulp bij determineerproblemen want vijf soorten rupsklavertjes op een vierkante kilometer is zeker geen uitzondering. In Nederland hebben we er gelukkig maar één: de hopklaver. Maar dan is er ook nog kleine klaver. Wat ieler, fijner van groei alleen dan moet je ze wel naast elkaar zien groeien. En dat doen ze maar zelden. Toch is

Bloeiende zakdoekjes

Vaantjes- of zakdoekjesboom Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 233 Eens, lang geleden, stond er een boom in Hortus Haren waar elk voorjaar honderden zakdoekjes aan hingen. Nu ligt dit Harense dorp echt boven de grote rivieren en er was dus geen sprake van een pelgrimage waarbij wit gesteven doekjes in een boom gehangen werden. Dendroloog Herman Oterdoom wist de waarheid. Het was Davidia involucrata, de vaantjes- of zakdoekjesboom. Vernoemd naar de Franse priester Père David die de boom in 1869 in China ontdekte. Enkele decennia later kwamen de eerste vruchten naar Europa en werden in Parijs en Londen opgekweekt tot een geliefde sierboom. Twaalf meter hoog worden ze in Europa, twintig meter in hun oorspronkelijke biotoop. De witte vlag is niets meer dan bedrog. Het is geen bloem maar een schutblad die dient om aandacht te vragen voor de bolvormige bloem. Aan de basis van elk vaantje zit een bol van paars gekleurde meeldraden met daartussen één stamper. Een licht zoete g

Schaakbordlieveheersbeestje

Tuininventarisatie, alleen de geleedpotigen zijn weergegeven. Foto linksboven: schaakbordlieveheersbeestje en de springstaart Orschesella cincta Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 232 Trouwe lezers van deze poging om een jaar lang elke dag een natuurblog te schrijven weten dat ik, net als velen, bezig ben met een zo volledig mogelijke inventarisatie van alles wat leeft en groeit in ons tuintje. Op nog geen 100 vierkante meter zijn allerlei mini biotoopjes gecreëerd en dat blijkt ook direct uit de steeds maar uitdijende lijst. Gister werd nummer 500 genoteerd, het schaakbordlieveheersbeestje. Tegelijkertijd was dit ook de tiende soort uit deze kleurrijke keverfamilie. Van groot tot heel klein, naar alles wordt gezocht maar soms is het gewoon een toevalstreffer. Je blik moet er net opvallen. De kleurige springstaart op de foto bijvoorbeeld kwam uit een handvol bladstrooisel. Of het geeltipje, een miniatuur bijtje die als koekoeksbij leeft van het broed en voedselvoor

Blaasmijnen

Variabele purpermot, rupsje in mijn Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 231 Eind april, de bomen lopen uit met fris groen en de tafel wordt weer gedekt voor alles wat maar honger heeft. Van rups tot koolmees, alles wordt blij van de lente. En dat de bomen wat blad verliezen aan de grote opeters is niet erg, met tienduizenden blaadjes kun je er rustig een paar missen. Sommige knagers denken op een wel zeer speciale manier veilig te zijn voor vogelsnavels. Mineerders kruipen tussen onder en bovenkant van het blad en liggen letterlijk in een groene soep te smullen. Helaas kennen boomklevers deze truc. De allerkleintjes vinden ze niet maar de grote rupsen van purpermotten zijn echt niet veilig. En dat is makkelijk te bewijzen. Zoek deze week eens een berk met laaghangende takken op. In het jonge blad vallen de grote blazen van met name de variabele purpermot zeker op. In de kleinere blaasjes ligt de rups nog ruggelings te genieten van zijn voedzame hap. Erg proper zijn ze n

Waterviolier

Waterviolier Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 230 Het Banisveld is het meest oostelijke deel van de Kampina. Eens aardappelakkers en weilanden maar nu grotendeels als natuurontwikkelingsterrein bij één van de mooiste Brabantse natuurreservaten gevoegd. Waar eens geoogst werd kiemt nu heide tussen uitgestrekte velden met stekelbrem.  Haaks op het gebied staan enkele diepe afwateringssloten die nu wat verloren in het Kempische land liggen. Zorgen voor droge voeten is niet langer hun taak. Kwelwater mag weer in een eigen gekozen tempo zijn weg naar zee vervolgen. En dat is te zien aan de schitterende voorjaarsvegetatie van bloeiende waterviolieren. Wat lastig te fotograferen omdat de slootkant zelfs voor een geoefende bioloog wat te steil was om voldoende dichtbij te komen voor een goede foto. Waterviolier is familie van de sleutelbloem en ook niet bloeiend direct herkenbaar aan de ondergedoken kamvormige bladeren. Het zal zeker een soort zijn die is teruggekeerd na de

Kleurvariaties

Tweestippelig lieveheersbeestje Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 229 Vraag een willekeurige natuurgids een beschrijving te geven van een plant of dier en er komt een prachtig rijtje kenmerken. Grootte, vorm en ook kleur. Maar de natuur laat zich nooit in hokjes stoppen. Alles is variabel. Niet alleen bij ons mensen maar ook bij alle andere diersoorten. Groot of klein ligt soms genetisch vast maar kan ook een gevolg zijn van voeding. Vorm ligt wel min of meer vast. Er is een vast raamwerk en daarbinnen moet alles passen. Soms wat uitpuilend maar de hoofdlijn blijft gelijk. Maar dan de kleur. Soms ligt die nog redelijk vast maar dat heeft dan te maken met functionele kleuren. Een roodborst met een gele borst in Nederland is niet afschrikwekkend voor soortgenoten maar in Australië wel want daar hebben alle "robins" een gele voorkant. Maar neem eens lieveheersbeestjes. Op de prachtige Duitse website Kerbtiere staat een lange webpagina gevuld met kleurvariaties

Reuzen bezoek

Lindepijlstaart Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 228 Gisteravond was het bijna zomers warm en dat betekent in Huize Regenboog dat de nachtvlinderlamp weer ontstoken wordt. In ons zeer besloten stadstuintje mag je natuurlijk nooit hooggespannen verwachtingen hebben. Tientallen pijlstaarten, kleine nachtpauwoog en bijzondere or-vlinders kun je in een grote stad wel vergeten. Maar toch is het elke keer weer een verrassing wat er langs komt. Vaak is het vooral klein. Mugjes, dwerg cicaden en kevertjes van slechts een paar millimeter. Maar gisteravond kwamen de reuzen op bezoek. De eerste meikever van het jaar! Luid brommend, steeds maar weer opvliegend en voortdurend zwaaiend met vervaarlijke antennes. Na drie jaar ondergronds moet het fantastisch zijn eindelijk eens de vleugels uit te slaan. En toen kwam de grote verrassing. Een wat gehavende maar nog steeds schitterende lindepijlstaart. Vorig jaar als rups ergens levend op een Tilburgse linde. Nu enkele weken rondvlieg

Franse veldwesp

Franse veldwesp, drinkend uit de vijver Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 227 Al enkele weken is het wespentijd in onze tuin en dat terwijl de zomer nog moet beginnen. Voor mensen met wespenallergie is er echter geen enkele reden voor dolle paniek. De echte limonade liefhebbers zijn echter zeldzaam. Tot nu toe was er alleen een enkele gewone plooivleugelwesp die zich tegoed deed aan nectar in de laurierkers van de buren. Wat wij elke dag zien zijn Franse veldwespen. Een soort die zich steeds verder uitbreidt in zuidelijk Nederland maar veel kleiner is dan de niet verwante hoornaar die ook uit Frankrijk gekomen is. Veldwespen zijn pure vleeseters die niet op zoetigheid afkomen. Hun nest bevindt zich meestal in de grond of in beschutte holen. Groot verschil met de plooivleugel (limonade) groep is dat zij geen papieren omhulsel om hun nest maken. Maar ook in de vlucht zijn ze makkelijk te herkennen aan de hangende, lange poten. Zodra ze ergens stil zitten, om te drinken,

Genieten van vliegen

Phaonia subventa Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 226 Op deze treurige dag waar we te horen kregen dat we nog een maand opgehokt moeten blijven is het goed om een vrolijk onderwerp voor mijn dagelijkse blog te kiezen. Letterlijk de vleugels uitslaan, rondfladderend genieten van het voorjaar en de bloemen. Van elkaar en wat de dag ons brengt. Uiteindelijk heb ik gekozen voor vliegen. In het kader van de tuininventarisatie, door vele organisaties aangeraden als probaat middel om toch van de natuur te kunnen genieten, heb ik de afgelopen weken alles wat vliegt, kruipt of knaagt gefotografeerd. En dan pas valt op hoeveel soorten vliegen er op zo'n klein stukje aarde te vinden zijn. Namen er aan geven blijft lastig maar met hulp van tabellen, apps, Facebook pagina's en vooral de specialistische website diptera.info kom je in ieder geval tot vaststellen van de grote groepen (geslachten) en vaak ook de soort. Veel van deze vliegen zijn genieters van organisch afval,

Kikkervisjes

Kikkervisjes bruine kikker Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 225 Het is alweer een maand geleden dat de eerste klompjes kikkerdril door de dames bruine kikker afgezet werden. Na gedane arbeid gingen de aanstaande moeders weer op pad en bleven de heren met resterende hormonen achter. Zeker twee weken werd er nog gebromd (kwaken doen ze niet) en alles wat maar enigszins het juiste formaat had besprongen. Inmiddels is ook dit spektakel voorbij en op elk zonnig plekje in de  vijver lijkt het wel een uit zijn voegen barstende peuterspeelzaal. Honderden, duizenden kikkervisjes krioelen flapstaartend door elkaar. Eet activiteit zie je nauwelijks maar om te groeien zullen ze toch wel wat eencellig groene algjes naar binnen moeten werken. Voor de bootsmannetjes, platte waterwantsen stekelbaarsjes en de enkele libellenlarf breekt nu een tijd van overvloed aan. In plaats van het teveel aan slakken te decimeren gaan ze de jonge kikkertjes te lijf. Voor het voortbestaan van de pop

Rosse woel

Rosse woelmuis Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 224 Eens, lang ge.leden leefden er een prins en prinses die elke dag blij het grote woud introkken. En toen kwam de boze corona fee die het sprookje bijna uitblies. Verder dan hun gaarde mochten hun stappen niet meer komen. Maar af en toe konden ze toch ontsnappen. Van de goede Natuurmonumenten elf mochten ze met enig beleid gewoon de natuur in. En dat hebben wij vandaag dan ook maar gedaan. Uiteraard is er geen enkel verband met de huidige crisis maar het viel wel op dat veel vogels dichter bij de paden te zien waren. Helemaal leuk was een ontmoeting met een rosse woelmuis. Op nog geen twintig centimeter naast ons. Rustig tussen het gras naar boven kijkend. Zwarte kraaloogjes nieuwsgierig gericht op die twee langbenige wezens naast zijn of haar graasplekje. De roodbruine vacht glimmend van gezondheid. Even later was het genoeg. Het muisje liet zich nog even zien en trok zich vervolgens terug op een onze ogen onzichtb

Draak gespot

Larf vuurjuffer op het nachtvlinderlaken Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 223 Twee dagen geleden mochten we een heerlijk warme avond beleven. En dat betekent dat er in de hof onder de regenboog weer een nachtvlinderlamp heeft gebrand. Vliegjes, kevertjes en een enkele cicade  zochten het verlichte laken op maar vlinders bleven grotendeels weg. Nu is het natuurlijk ook best lastig om onze stadstuin vanuit de lucht te vinden.Tegelijkertijd zitten we nu ook in de overgang van de zeer vroege voorjaarsvlinders en de grote groep latere vliegers.  Zo zat ik rustig te genieten totdat mijn oog getrokken werd door een donkere schim. Een monster van wel vijf centimeter klom in de rechter stok van het laken. Zes poten hesen een vervaarlijk lijf de lucht in. Zwart en voorzien van een vreemde staart. Heel voorzichtig kwam ik dichterbij, de camera klaar om te schieten. Een draak! Maar dan wel een kleintje en zonder spuwend vuur. Veel tijd had ik niet, de draak had gloeiende haast.

Nationale Bijentelling

Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 222 - Nationale Bijentelling Dit weekend is het weer tijd voor de Nationale Bijentelling, een gezamenlijk initiatief van Naturalis, Natuur & Milieu,IVN Natuureducatie en LandschappenNL. Zeker in een tijd dat we toch zoveel mogelijk thuis moeten blijven is het heerlijk om een rondje tuin te lopen en de wetenschap te helpen meer over bijen te leren kennen. Begin wel eerst even met een blik op de korte bijencursus op de de site van de Nationale Bijentelling . Daar kunt u dan meteen het telformulier downloaden. En om u alvast even in de stemming te brengen heb ik alvast een rondje tuin gelopen. Heel rustig, eerst de achtertuin die alweer bijna in de schaduw ligt. En daarna de voortuin, totaal bijna negentig vierkante meter fleurig, deels inheems groen met twee kleine vijvertjes. Aard- en akkerhommels waren niet te missen, een enkele honingbij dartelde rond, op de bijna uitgebloeide laurierkers zat een vosje en bij de bijenhotels

Dansfeest

Smaragdlangsprietmot - dansende heren Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 221 Terwijl de mensenwereld in verwarring is viert de natuur feest. Steeds meer vogels keren terug en zetten zingend hun territorium af. Kikkervisjes komen massaal uit. En op elk zonnige plekje wordt gedanst door honderden heren. Van voetenwerk is geen sprake, alles gebeurt in de lucht. Op en neer,versnellend of juist wat langzamer. En in de hoogste klasse komt er balanceerwerk bij. Terwijl een zuchtje wind de bladeren beroerd toch steeds weer op dezelfde centimeter jong groen kunnen landen. Het zijn smaragdlangsprietmotten met het voorjaar in hun bol. De bedoeling van dit opzichtig vertoon is uiteraard paring met de mooiste maar wel kortsprietige dame. ook dat gebeurt al dansend in de lucht. Na de daad laat zij zich op de bosbodem zakken en gaat op zoek naar afgevallen eiken- of berkenbladeren. Daar worden de eitjes afgezet en zal het rupsje uiteindelijk ook gaan overwinteren. Als het een hij is

Tilburgse eekhoorn

Siberische grondeekhoorn Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 220 Van 1932 tot 1973 was er in Tilburg een grote dierentuin gevestigd. Bijna vijftig jaar later zijn er nog een paar zuilen van de entreepoort aan de Bredase weg te zien maar verder moeten we het doen met enkele bewoners die honderden nakomelingen hebben gekregen. Geen tijgers of olifanten maar gezellige Siberische grondeekhoorns, ook wel boeroendoeks genoemd. Buiten de Oude Warande, het Wandelbos en Heidepark komen ze niet voor in Nederland. Elders in Europa zijn ze als exoot wijd verbreid en worden zelfs bestreden vanwege concurrentie met Europese eekhoorns. Ook in Nederland mogen ze niet (meer) gehouden worden om zo te voorkomen dat ze ontsnappen. In de Tilburgse Oude Warande leven onze rode en de Aziaat trouwens gezellig samen. De één op de grond, de ander in de bomen. Wel zal er zeker concurrentie zijn als het gaat om de wintervoorraden, beide hamsteren eikels en andere bosvruchten. Maar in de zomer is d

Esperiamot

Esperiamot Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 219 Ik heb al geregeld geschreven over veranderingen in de Nederlandse fauna en flora. Tientallen soorten hebben het bijzonder moeilijk door verdroging, verzuring of vermesting en  verdwijnen uit onze Hollandse natuurrestantjes. Anderen komen, deels door ons meegebracht, deels op eigen kracht. Zo kwam in 1971 de Esperiamot vanuit België ons land binnen. In Melissant (Zeeland) was men geheel verrast door dit kleurige,overdag vliegende maar wel kleine vlindertje. Inmiddels is de soort in Zuid-Nederland algemeen aanwezig en is ook het hoge noorden bereikt. Wat zijn areaaluitbreiding precies in gang gezet heeft blijft onbekend maar veranderend natuurbeheer heeft zeker een rol gespeeld in zijn verspreiding. Het rupsje is namelijk afhankelijk van dood loofhout. Na de grote storm in de jaren zeventig besefte men dat bossen aanharken toch niet een geweldig idee was. Wat afvalt of omvalt mag nu gewoon blijven liggen. Het esperiamotj

Stadse mantelmeeuw

Kleine mantelmeeuw Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 218 Sinds enkele weken hebben wij kleine mantelmeeuwen in onze buurt. Voor velen niets bijzonders, in de meeste Nederlandse steden vliegt een trio meeuw rond. Van .kokmeeuw tot zilvermeeuwen en kleine mantels. Alleen de stormmeeuw is niet zo van de stad. Buiten de broedtijd kiezen zij liever voor akkers en weilanden voor een hapje engerling Tilburg was tot nu toe het domein van kokmeeuwen. Maar net ten noorden van de stad ligt een gigantisch vuilnis depot. En dat werkt als een magneet op hongerige meeuwen. Collega bioloog Cees Camphuysen heeft al jaren geleden aangetoond dat deze alleseters bereid zijn om honderd kilometer tussen nest en restaurant te vliegen. Patat in Amsterdam bleek super aantrekkelijk voor Texelse broeders. Enkele vlogen zelfs richting Engeland voor een portie fish and chips. Onze Brabantse mantels komen uit het Delta gebied waar ze samen met de zilvers een broedplek vinden. Dat we ze juist  nu z

Natuurroute De Hilver

De Hilver, Brabants natuurpareltje (u mag het ook lezen als De Hilver én Brabants pareltje) Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 217 Voor velen is Brabant, nu ook mijn land, synoniem aan varkens, stank en carnaval. Dat ons Brabant ook een totaal ander gezicht heeft was voor mij een openbaring. Om dat eens te laten zien neem ik u in mijn dagelijkse blog eens mee naar De Hilver. Een fantastisch mooi gebied, zuid van Moergestel en noord van Diesen. Helaas doorsneden door het Wilhelminakanaal maar verder is alleen aan lijnen in het landschap te zien dat dit eens een verdroogd stuk boerenland was. De Reusel was toen niet meer dan een recht getrokken kanaal, het Spruitenloopje vrijwel uitgewist. Met het ons nog toegestane blokje om start ik bij de Natuurpoort de Reuselhoeve en de brug over het gelijknamige riviertje. Volg de aangegeven richting van het wandelknooppunten netwerk richting het zuiden. Geleidelijk wordt het rietmoeras steeds dichter. Fitissen zingen, een eerste

Vreemde paardenbloem

Paardenbloem, bandvorming of fasciatie Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 216 Elk jaar krijg ik wel vragen over vreemde paardenbloemen. Vrijwel altijd via de digitale koerier maar vandaag was het mijn wandel- en levensmaatje die een bizarre plant vond. Op dat moment realiseerde ik niet dat dat het een mooi onderwerp was voor mijn dagelijkse blog en dus stiefelden wij door op ons rondje rond de kerk. Maar in het archief zat nog wel een bruikbare foto die heel mooi laat zien wat er aan de hand is. Bij de aanleg van de knop is het niet alleen een klein beetje maar zelfs geheel fout gegaan. De groeipunt in het hart van de rozet heeft normaal de instructie om een holle bloemsteel te vormen en daar bovenop een verzameling bloemetjes. Bij een fasciatie vind er bandvorming plaats. Niet één maar een hele verzameling bloeistengels groeit uit tot een platte, vaak geribde bloeisteel. En daar bovenop staat dan een breed uitgegroeide joekel van een bloem. Dat deze ondanks zijn misvo

Tulpentijd

Tulipa humilis, herkomst Turkije, Midden-Oosten Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 215 Vandaag is het Goede Vrijdag. Traditie getrouw is Pasen altijd tulpentijd geweest. Elke paus weet dat, Nederlandse tulpen kleurden de trappen van de Sint Pieter totdat coronavirus nummer zeven de wereld in haar greep kreeg. Sinds de Gouden eeuw hebben wij iets met tulpen gehad. Mogelijk omdat uitgerekend in die periode ons land elke winter een kleine ijstijd mocht beleven was elk sprankje kleur in het voorjaar een belevenis. Van nature kenden wij geen tulpen maar dankzij onze Hollandse gezant in Constantinopel / Istanbul hadden wij dit bijzondere bolgewas leren kennen. Het werd meteen aanleiding tot een ongekende hype. Door wat we nu kennen als de "tulpenmanie" werden tientallen vermogende lieden tot de bedelstaf veroordeeld. Uiteindelijk werden duizenden leeuwendaalders betaald voor bijzondere variëteiten. Gelukkig zijn dat nu alleen maar verhalen en kunnen we nu voor een

Gastheer roodsprietwespbij gezocht

Roodsprietwespbij Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 214 Al ruim een week vliegt er af en toe een wespbij door de voortuin. Geen wesp maar een echte bij die zich gedraagt als een koekoek. En dat was te zien ook. Geen moment rust, voortdurend speurend vlakbij de grond. Overal onder duikend en dan weer met een spurt naar de andere kant van de voortuin. Vanmiddag waren er twee en ging het wat rustiger toe. Er werd zelfs even gezeten op het schorspaadje en dat was voor mij het moment om toe te slaan. Niet met het grote net maar met de camera. De eerste wespbij op mijn tuinlijst maar bij een goede determinatie ook het begin van een speurtocht naar haar gastheer. Met wat studie in de wespbijen tabel (Fasunistische Mededelingen 20 - 2004) maar vooral veel hulp uit de Facebook groep Solitaire Bijen & Hommels (dank Stefan Verheijen) kwam het antwoord: het is een dame roodsprietwespbij. Heren willen nog wel eens wat rondlummelen op bloemen maar dames zijn altijd druk. En omd

Maartse vlieg

Maartse vlieg - foto Annelies van Laarhoven Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 213 Vandaag weer eens een gastfotograaf. Ditmaal niet in de mail maar gewoon met mijn camera in onze eigen tuin. Annelies was bezig om eens te ontdekken hoe een Canon Eos werkte en had aan onze huiskikkers een dankbaar object gevonden. Maar toen plonste er een onhandige Maartse vlieg in de vijver. Gelukkig voor hem hadden de kikkers al hun aandacht bij elkaar en was er dus tijd voor een dappere reddingspoging. Onverschrokken dook zij met haar hand het water in en wist het ongelukkige beestje te redden. Van onder af had een zuigsnuit van een bootsmannetje zijn definitieve einde betekent, van boven had een schaatsenrijder zich aan de maaltijd kunnen zetten. Deze harige vliegen, ook wel rouwvliegen genoemd zijn nu overal te zien. Vaak als dansensemble tussen de struiken maar ook wel eens gewoon wat verkennend rondvliegend. Als larf hebben ze van graswortels geleefd of dood organisch materiaal g

Zuringspitsmuis

Zuringspitsmuisje Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 212 Het zal je maar gebeuren. Het is geweldig mooi weer, eindelijk kun je al je voetjes gaan strekken. De maaltijd voor straks is lekker aan het groeien en de toekomst ziet er prachtig uit. En dan voel je de grond beven. Een reusachtige gestalte verduistert de zon, zwaait met een arm als een ongekend grote boomstam en er zoeft een wit net naar voren. Je hoort het door vertrouwde grashalmen aan komen stormen, je woonplaats schudt en daar ga je. Naar ongekende hoogte en weer terugkerend op aarde. Maar alles is anders. Geen groene wereld maar een witte. Overal liggen dwarsliggers waar je onder door moet op zoek naar...ja naar wat? Jouw ridderzuring is verdwenen. Het enige wat je nog kunt doen is wat versuft heen en weer wandelen. Een enorm groot oog wordt er op je gericht, een zoemend geluid weerklinkt en dan wordt je liefdevol opgenomen. Na een korte reis voelt het weer bekend. Je zes pootjes raken weer groen, je honde

Wilgendans

Wilgenlangsprietmot Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 211 In de directe omgeving van Tilburg zijn schitterende natuurpareltjes waar je tijdens een lock-down periode op werkdagen heerlijk even kan uitwaaien. Huis ter Heide bijvoorbeeld, een zeer afwisselend bos- en vennengebied met diverse percelen natuurontwikkeling. Wat er wandelt zie je van een kilometer afstand aankomen en veel meer dan een toeterend "Goedemiddag" komt het contact niet. Voor mij is er altijd  wel wat te beleven en op deze stralende lentedag zijn er natuurlijk heel veel insecten. Op de lage wilgjes bijvoorbeeld. Veel kegelbijvliegen waren er aan het foerageren. En de eerste danser had zich gemeld. Nog helemaal alleen en je zag dat hij dat totaal niet erg vond. Af en toe een slokje wilgennectar en dan weer even op en neer boven de wilg. Rustig proberend, een zwenking toevoegend of een duikvlucht uitproberend. Als de zon er op valt zie je pas hoe mooi wilgenlangsprietmotten zijn. Prachtig br

Fraaie kortschild

Tachyporus obtusus, een kortschildkevertje en 400ste soort in ons tuintje Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 210 Eens, nog niet zo lang geleden toen de wereld nog geen weet had van corona werd ik wel eens wat vragend aangekeken als ik weer eens met de camera door de tuin sloop. Maar nu is alles anders. We worden opgeroepen op eigen erf te blijven en daar te mijmeren over wat weer gaat komen. En om dan het nuttige met het aangename te verenigen worden we door allerlei organisaties aangemoedigd om rond te kijken in eigen tuin. En dat advies volg ik samen met mijn geliefde graag op. Lopend of zittend maar altijd rondkijkend en wachtend op wat komen gaat. Metselbijtjes volgend die aan het nestelen zijn, doldrieste houtduiven die last hebben van het voorjaar en kwakende bruine kikkers in de vijver. En toen landde er uit het niets een prachtig miniatuur kevertje op het shirtje van mijn tuingenote. In een flits verdwenen de vliezige vleugeltjes onder roodbruine, veel te kort

Raadsel opgelost

Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 209 Elf jaar geleden kruiste een vreemd beestje mijn pad bij het Anlooërdiepje in Drenthe. Mijn eerste reactie was uiteraard: grijp de camera, maak foto want dit is wel een heel bijzonder fraaie pissebed. In die tijd was er nog geen goede pissebeddenliteratuur en al helemaal geen zoekfunctie op de toen nog jonge website waarneming.nl. Nergens was een naam te vinden en dat bleek jaren later ook te kloppen. Als de pootjes te zien waren geweest had het nooit zo lang geduurd. Het bleek geen pissebed te zijn maar een geweldig fraaie look-alike. Het is de larf van de pikzwart gekleurde aaskever Silpha atrata. Zeer algemeen op o.a. dode vogels en kleine zoogdieren. Het beestje lijkt wel wat op de even algemene oranje aaskever maar die heeft als larf kortere sprieten. Maar laat ik aan het eind van dit korte natuurbericht ook onthullen hoe de uiteindelijke determinatie tot stand kwam. Aan waarneming.nl hangt vele fora waar specialisten en geïnte

Bonte springstaart

Orchesella cincta, een bont gekleurde springstaart Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 208 Een voorjaarsdag met net te weinig zon om lekker op te warmen. En dus een prachtige aanleiding om even de tuin in te gaan voor een paar scheppen bladstrooisel. In een witte bak, niet te veel takjes want die zitten maar in de weg en dan is het heerlijk vlooien. Echt ontspannend is het niet. Hangend op het aanrecht, bril af om nog meer klein grut te kunnen zien en zodra er iets beweegt moet de bril weer op voor een foto. Grote monsters zitten er niet tussen maar als elke keer wel heel veel leuk klein spul. De eerste tuinbladkruiper, een razendsnelle duizendpoot, voor ons tuintje laat zich zien. Een staafwants die op de vijverrand iets te dicht bij mijn schepje kwam en meegenomen werd. En natuurlijk weer veel springstaartjes. Sommige net een millimeter groot maar er waren nu ook wat reusjes bij van wel vier millimeter. Deze "bonte" springer was wel de allermooiste. Orchesel

Eileggende zwevers

Dame kegelbijvlieg (als dame herkenbaar door de wijd uit elkaar staande ogen) bezig met het leggen van eieren (De Brand, Udenhout) Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 207 Hoewel het nog steeds te koud is voor de tijd van het jaar gaat het voorjaar al volop van start. De stinzenplanten in onze tuin zijn bijna over hun hoogtepunt heen, de tjiftjaf zingt al weken en er wordt volop gekrioeld door ontwakende kleine beestjes. In De Brand bij Udenhout ging het helemaal los. Kegelbijvliegen , hommels en bijen zoemden om het hardst bij de bloeiende wilgen. Maar het was helemaal feest bij een geweldige modderpoel. Langs de drijfnatte rand waren tientallen dames kegelbijvlieg bezig met het afzetten van eieren. Spiedend rondvliegen, even landen en voelen hoe de grond voelt. En zodra er ook maar een beetje hoop is: hup het achterlijf in de prut en persen maar. Ondertussen werden ze af en toe gestoord door een passerende wandelaar. Beheerder Brabants Landschap had een soort van verzo

Anemonen paradijs

Bosanemoon, De Brand Een jaar natuurpresentaties in  woorden - dag 206 Nederland kent meerdere bosanemonenparadijsjes. Van heel klein, niet groter dan een slootwal, tot hectares groot. Toppers zijn de Kleibosch bij Terheyl / Roderwolde (Dr) en De Brand (NBr). De eerste groeiend op oeroude potklei uit de eerste ijstijd, de tweede op löss en leem uit de laatste ijstijd. Het is de minerale verrijking van de bodem die bosanemoon kan verleiden tot het vormen van groen-witte dekens in maart en april. Tegelijkertijd zorgen potklei en leem voor een dikke deksel in de ondergrond. Elke regendruppel blijft er op staan; uitgestrekte moerassen ziojn het gevolg. Bosanemonen zijn echter meesters in het vinden van de hoogste plekken. In de Brand liggen bijvoorbeeld op een aantal plekken wat dunne dekzandlagen op het leem. Het is een echte voorjaarsbloeier, zodra er schaduw komt van uitlopende bladeren trekken ze zich terug in een in zichzelf gekeerde wortelstok. Tien maanden lang roerloos onde