Doorgaan naar hoofdcontent

Keldermuis

Life-trap  voor keldermuizen

Een jaar natuurpresentaties in woorden - dag 302

Muizen zijn er in diverse maten. Van woel- tot ware muis, van bruine rat tot dwergmuis. Allemaal zijn het knaagdieren maar wel elk met een eigen niche. Hiervoor zijn uiteraard voedselvoorkeuren belangrijk maar ook de vorm van het gebied. De woelers hebben plooikiezen voor een zuiver plantaardig dieet, de waren hebben knobbelkiezen en eten als dan wij maar dan alles rauw. Sinds kort hebben wij muizen in de kelder maar uit hun knaagsporen is nog geen "merk en type" af te leiden. Keutels zijn er niet gevonden, wel duidelijk door tandjes open geknaagde meelzakjes. Het begon echter met een restje chocoladerozijntjes waar de bruine schil afgeknabbeld werd om het zachte binnenste te bereiken. Ook een bruine suikerzak werd geproefd maar dat was kennelijk niet lekker. Meest waarschijnlijk is dat onze keldermuis behoort bij de huismuizen maar een bosmuis of zelfs een rosse woelmuis is niet uit te sluiten. Als goed bioloog gun ik mijn medeschepselen graag hun leefruimte maar dit gaat net iets te ver. Om nu niet meteen naar vierendelende klapvallen te grijpen ging echter veel ter ver. Daarom werden enkele kunststof life-traps aangeschaft. Enkele kattenbrokjes en een stukje wortel besmeerd met pindakaas bleken echter niet voldoende om onze keldermuizen te verleiden. Voorlopig is het elke ochtend maat even kijken wat er verder in dit gewelf gebeurt.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak