Doorgaan naar hoofdcontent

Kampsheide - oudste reservaat van jarig Drents Landschap

Kampsheide, oudste parel van Stichting Het Drentse Landschap
 Tachtig jaar geleden werd de Stichting Drents Landschap opgericht. Zevenenzestig jaar geleden werd het eerste natuurgebied aangekocht: Kampsheide. Nog eens acht jaar later stond mijn wieg bijna aan de rand van dit unieke pareltje "Olde Landschap". Jenerverbesstruwelen waren mijn speeltuin, het ijs op de plas mijn Waterloo, vleesetende plantjes mijn uitdaging om bioloog te worden.





Pingo in het hart van Kampsheide

IJzige winter op Kampsheide, lang geleden heel gewoon
Kampsheide, eens toebehorend aan kloostervestiging Maria in Campis en later woeste grond van boerderij Kamps. Terwijl de wereld haar wonden likte en Nederland zich opmaakte voor de agrarische revolutie konden vooruitziende lieden in 1948 Kampsheide veilig stellen voor generaties die nog zouden komen. In het centrum een bruinzwart oog, omzoomd met gele wimpers van pijpenstrootje en gehuld in een stekelige mantel van jeneverbes. Het ven mag met recht één van de mooiste pingo ruïnes van Drenthe genoemd worden. Veel kleiner dan het Esmeer maar wel mooi rond uitgesneden en omringd met een iets oplopende wal. Ten zuiden daarvan met houtwallen omzoomde weilanden en een prehistorische grafveld. Met de klok mee draaiend passeert de kijker vervolgens het Deurzerdiep, een megalithisch monument en de verkavelde es van Balloo.

Jeneverbes, stekelige gastheer op Kampsheide

Zwarte Stern, eens algemeen en nu helaas verdwenen op Kampsheide

Groentje, voor mij de mooiste vlinder van Kampsheide

Kampsheide staat in mijn herinnering synoniem met Jeneverbessen en Zwarte Sterns. De bessen zijn er nog steeds, wat ouder en krommer maar stug doorgroeiend in de door schapen begraasde heide. Van de sterns resten alleen nog beelden in mijn geheugen. Sierlijke, zwenkend boven tientallen nesten langs de randen van het ven. Daarna kwamen de Kokmeeuwen, krijsend en vol gevreten op de open vuilnisbelten van de jaren zeventig. Vervolgens sloeg de verdroging toe en verdwenen zelfs de hinnekende Dodaarsjes. Inmiddels is het water weer terug, de verzuurde en vermeste bovenlaag afgeschraapt en fladdert het Groentje weer rond. Met een kleine broedkolonie Zwarte Sterns rond het Zuidlaardermeer koester ik, misschien wat ijdele, hoop dat deze jeugdherinnering ooit nog terugkomt
.
Moeraswolfsklauw, helemaal terug op Kampsheide

Sphagnum fallax, veenmos langs de rand van het ven
Sphagnum magellanicum, hoogveenveenmos

Kampsheide kent een lange geschiedenis van bewoning en gebruik. Steeds maar weer werd er gegraasd en geschraapt. Turfjes gestoken voor de haard, plaggen voor de potstal. Op de kale grond was er zo steeds weer plaats voor prachtige pioniers. Mijn eerste Moeraswolfsklauw zag ik hier. Maar ook allerlei fraaie veenmossoorten langs de rand van het ven. Steeds maar weer proberend om de veengroei op gang te laten komen.

Informatiebord Kampsheide, Stichting Het Drentse Landschap
Kampsheide was het begin van een groene portefeuille met meer dan 8000 hectare Drentse natuur. Stichting Het Drents Landschap vertelt er graag over. En als 80-jarige deelt ze ook nog uit, een gratis jaar lidmaatschap voor een like op Facebook.



Reacties

  1. Een mooi informatief blog wat ik met interesse heb gelezen en de prachtige foto's heb bewonderd. Dank u wel Kees Boele.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. wat kan je hier mooi liefdevol over vertellen en wat is dit mooi.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Prachtige informatieve blog blog Kees!
    Natuurkieker Coby

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Een prachtig blog met hele mooie foto's en omschrijving Kees.
    Ik ben dol op mosjes en plantjes maar dat groen vlindertje is helemaal een mooitje.
    Heel mooi stukje heide en natuur dat ik waarschijnlijk ook een keer ga bezoeken.
    Groetjes, Helma

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak