Doorgaan naar hoofdcontent

Kleine beestjes

Landkaartje
De Oosterpolder bij Haren, lang geleden behorend bij het onmetelijke moeras van het Gorecht in de bovenloop van de Hunze. Nu is het een uitloopgebied van een onder architectuur gebouwde wijk waar Blauwborst en Sprinkhaanzanger zich uitstekend thuis voelen. Samen met KNNV Groningen gaan we echter eens op zoek naar het kleine grut.Vliegend, kruipend of sluipend, alles is interessant.



Weidevlekoog

Boven de opkomende brandnetels fladderen Landkaartjes in voorjaarskleed. Uit hun eitjes zullen geen oranje vlinders komen maar zwarte zomergenieters. Op hun beurt leggen zij weer eitjes voor het komend jaar die na een koele overwintering uitkomen als, je raad het al, oranje fladderaars. Veel kleiner zijn rondvliegende Weidevlekogen. Wat plompe, donker gekleurde zweefvliegen met een opvallende bonte tekening op beide ogen.

Zuringspitsmuisje, Apion haematodes

Snuitkevertje

Hennepnetelhaan, Chrysolina fastuosa

Moertje, Chrysolina polita

Forse ridderzuring planten blijken bezoek te hebben gekregen van minuscule snuitkevers. Zuringspitsmuisjes worden ze wel genoemd. Een zwarte versie is niet op naam te krijgen maar de rode, snelle renners kunnen benoemd worden als Apion haematodes. Hun snuit is geknikt en de beide wangetjes zijn opvallend glad. Terwijl de focus helemaal op deze, slechts een paar millimeter kleine, kevers is gericht stapt een bonte reus traag stappend in beeld. De bont gekleurde hennepnetelhaan is met bijna zeven millimeter meer dan drie keer zo groot en dan is het wel even focussen om het beeld goed te krijgen. Vroeg in het jaar staat brandnetel op zijn menu, later stapt hij over op dovenetel en hennepnetel. Iets verder staat een familielid, het Moertje, diepzinnig te staren naar zijn prikkelende maaltijd. Met roodbruine dekschilden en een zwarte kop is het beestje direct te onderscheiden van het andere "goudhaantje".

Kleine Beer

Aan de waterkant hangt een beetje natte Kleine Beer gevaarlijk dicht bij de waterspiegel. Kakelvers uit de pop is de vlinder in een grasspriet geklommen om eens goed uit te harden maar het geringste zuchtje wind kan leiden tot een fatale duik. Zodra de zon onder is zal deze mooie nachtvlinder op de wieken gaan richting een slok en een betere plek.

Barnsteenslak

Egelwegslak, Arion intermedius

Barnsteenslakken zijn overal aanwezig. Met hun bijna doorzichtige en gewonden huisjes zijn ze goed te herkennen. Raspend en slijpend trekken ze diepe sporen over het jonge groen. Onder een plank schuilt een Egelwegslak. Een glibberige knaap voorzien van een pukkelig velletje. Door alle aandacht ontwaakt het diertje, rekt zich uit en krijgt weer een bijna glad huidje.

Brandnetelmotje, Anthophila fabriciana

Groene schijnboktor, Oedemera virescens

Paardebloem en Pinksterbloem zijn in trek bij enkele bijzondere gasten. Het Brandnetelmotje is een klein, bruin vlindertje met afgeronde vleugeltjes voorzien van een onopvallend wit streepje. Alsof er een slobber wedstrijd begonnen is rent elk vlindertje over de bloem, even drinken en hup weer verder. Binnen een minuut staan ze meerdere keren letterlijk op hun kop te genieten van verse nectar. Op de Pinksterbloem zit een dikpotig kevertje: de groene Schijnboktor. In zijn eerste levensdagen komt hij aan zijn voedsel door te boren in Kruiskruid. Na de verpopping verandert de larf in een prachtige groene kever die leeft van stuifmeel.

Met deze KNNV excursie blijkt niet alleen hoe rijk het gebied is maar ook hoeveel je ziet als je met meer mensen eens gericht gaat zoeken.

Reacties

  1. een goed jaar geleden zou ik aan al dit moois zomaar voorbij gelopen zijn,maar door jullie blogs zijn mijn ogen toch ook open gegaan.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Een interessante blog Kees met veel diertjes die ik nog niet kende.
    En inderdaad met meer mensen gericht zoeken levert vaak veel mooie
    verrassingen op. En wat zijn ze mooi al die kleine beestjes waar we zo makkelijk
    aan voorbij lopen.
    Natuurkieker Coby

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Heerlijk blog weer Kees,
    de meeste kende ik wel van "zien" maar vele niet van naam.
    De Egelwegslak kende ik eigenlijk helemaal nog niet dus weer wat bijgeleerd
    En... weten waar ik op moet letten.
    Weer heel leerzaam blog.

    Groetjes, Helma

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hai Kees,

    Knap toch hoe jij dat kleine spul zo knap op de foto weet te zetten en vooral ook nog eens weet te benoemen.
    Prachtig blogje weer.

    Groet,
    René

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak