Doorgaan naar hoofdcontent

100 blogs over "al wat leeft en groeit"

Kees Boele
Mijn honderdste blog heeft een titel gekregen die herinnert aan één van meest bekende Nederlandse én Harense biologen: dr. Foppe Inne Brouwer (1912 - 1991). In de tijd dat Nederland gekluisterd zat aan de radio wist hij alle lagen van de bevolking te bereiken met waarnemingen en vragen over flora en fauna. Altijd sloot hij af met zijn gevleugelde uitdrukking "al wat leeft en groeit en ons altijd weer boeit".

Honderd blogs is niets vergeleken bij de bijna 3000 radiopraatjes die Fop I. Brouwer voor o.a. het programma "Weer of Geen Weer" van Bert Garthoff produceerde. Tot op hoge leeftijd trok hij vanuit zijn riante villa in Haren de natuur in. Niet alleen richting bos en veld, in Nederland en ver daar buiten, maar ook naar de Harense Hortus. Aan deze bijzondere botanische tuin had hij zijn hart verpand. Toen Oranjeboom ongevraagd zijn slogan geleend had voor een reclamecampagne was er dan ook maar één oplossing. De bierbrouwer kon zijn schuld afkopen met een gulle donatie aan de Hortus nadat er eerst een "boompje geplant was". Scherp als hij was had hij op perfecte wijze revanche genomen.

Dr. Fop I. Brouwer promoveerde in 1953 met een proefschrift over een natuurbeschermer van het eerste uur: Eli Heijmans. Samen met Jac.P. Thijsse stond Heijmans aan de wieg van grote natuurorganisaties als Natuurmonumenten en de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging. Het draagvlak wat deze biologen wisten te creëren voor bijv. het behoud van het Naardermeer werd door Brouwer verder uitgebouwd.
Borkener Paradis

Honderd blogs over de wereld gezien door loupe en verrekijker. Meest gelezen blog is nog steeds met stip het historisch tweeluik over het Borkener Paradis. Maar ook de belegering van Bourtange, het derde deel van Harense kroonjuwelen en het reisdagboek Namibië staan hoog op de ranglijst. Alle onderwerpen die ook voor Fop I. Brouwer bron van inspiratie geweest zouden zijn.

Twee Harense biologen, elk met een eigen stijl en gebruik makend van de communicatiemiddelen van hun tijd. Eens samen verbonden aan Hortus Haren, dr. Fop I. Brouwer als penningmeester en nestor van de Vriendenvereniging "Henricus Muntingh", uw blogschrijver als jong en enthousiast hoofd Educatieve Dienst. Zijn stijl was onnavolgbaar, zijn enthousiasme voor "al wat leeft en groeit" hoop ik met deze blog voort te zetten.


Reacties

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak