Doorgaan naar hoofdcontent

Sint Jan actief in het veenweidegebied

Kiersche Wiede
Een late Koekoek laat zijn afscheidsroep schallen over het veenweidegebied van de Kiersche Wijde. Binnen enkele dagen zal hij dit zompige gebied inruilen voor een zonnige en drogere omgeving ver naar het zuiden. Rietzangers en Kleine Karakiet zorgen verder voor zijn moordzuchtige kroost.
Aan de oostkant van het grote natuurreservaat De Wieden, net boven het buurtschap Doosje ligt de Kiersche Wijde.  Ontstaan als depressie tussen twee grote stuwwallen in de derde ijstijd is het nu een veenplas met een omringend veenweidegebied doorsneden door kaarsrechte sloten. Vanaf de parkeerplaats aan de Loze Dijk heeft Natuurmonumenten twee wandelingen uitgezet. Bruggetjes en smalle paadjes voeren de wandelaar tot in het groene hart van het gebied. Rietorchis en moerasspirea geven kleur aan de bermen, Rietzangers en rietgorzen murmelen in het jonge riet. Vlinders en libellen blijven op deze grijze en kletsnatte dag verborgen in het gras.

Sint-Jansvlinder, Kiersche Wiede

Plotseling valt het oog op iets zwarts met rode stippen. Dichterbij gekomen blijkt het een vergadering van Sint-Jansvlinders. Doodstil zittend en in diep gepeins verzonken over hun nieuwe levensfase. Een lege, geel gekleurde pophuls verraadt wie de uitnodiging voor deze samenkomst verzonden heeft. Een jongedame heeft hier alle registers opengetrokken. Drie mannen wachten nu schijnbaar rustig op haar keuze. Maar met slechts dertien graden op de thermometer en ook nog eens een gestage druilregen wordt het lastig om haast te maken. Zodra het droog wordt, en hopelijk iets warmer, kunnen ze beginnen met hun belangrijkste taak in dit korte leven. Daarna kunnen de eitjes gelegd worden op Moerasrolklaver en neemt de volgende generatie het vaandel over.

Sint Jan heeft zijn stempel op de Wieden gedrukt. Sint Jansklooster als dorpskern aan de westkant en Sint-Jansvlinders als levende confetti uitgestrooid over het zomerse landschap.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak