Doorgaan naar hoofdcontent

Tuinvogeltelling 2011 en 2012

Groenling
Vandaag is het de grote dag voor loerend Nederland. Ongestraft worden telescopen gericht op het groen van de buren, verrekijkers bewegen zich als radars door tuin en heg. Elke veer doet het hart sneller kloppen, snavel, staart en vleugel worden goed bekeken. Wat gaat het worden? Weer een Huismus of toch een ringmus? Kapmeeuwen cirkelen in de verte maar weigeren op het gestrooide brood af te komen. En dan zijn het dus geen tuinvogels.
Ekster
De regen sliert met vlagen door de bomen. Takken glimmen grijs van het vocht. Brood en zaad raakt doorweekt en ziet er steeds minder smakelijk uit. Roodborst en Winterkoning geloven het wel, zij doen niet mee vandaag en houden zich schuil voor de gluurders. Bijzonder is dat zelfs de altijd aanwezige mezen er geen zin in hadden. Een eenzame Kool en een paartje Pimpel was alles wat op pinda en pit af kwamen. Vier kauwtjes en een paar eksters genieten juist van wind en water en hoppen van tak naar tak. Een mannetjes merel heeft duidelijk last van het langer worden van de dagen. Zelfs vink en groenling behoren niet meer in zijn territorium.
Keep, wel in 2011, niet in 2012
En zo verstrijkt de tuinvogeltelling 2012. Net als vorig jaar met de groenling als "grote"winnaar. Maar deze vijf vogeltjes steken schamel af tegen het grote aantal van vorig jaar. Samen met Vink en Keep trotseerden zij de winterkou en genoten van al het lekkers wat juist die dag ruim voorhanden was. En een telling blijft natuurlijk altijd een momentopname. Die ene Sperwer, die mooie Grote Bonte Specht of zelfs een Appelvink staan er allemaal niet op terwijl de tuinbezitter juist zo trots is op deze gasten. Misschien dat ze in 2013 wel op de goede dag aanwezig zullen zijn?


Reacties

  1. Dag Kees,
    Even een tegenbezoek: je hebt een mooie blog en schrijft de foto's vloeiend aan elkaar: een plezier om te lezen/kijken. Bij ons viel het mee vandaag tijdens de vogeltelling: ten eerste was het droog en zelfs zonnig en ten tweede lieten de vogels ons gelukkig niet in de steek, al liet de grote bonte specht wel verstek gaan.
    Hartelijke groeten, marion (ook bioloog overigens)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik doe niet meer mee met de vogeltelling, hier in de stad weigeren ze in januari te komen, al zeker drie jaar zie ik niks in die maand.
    Terwijl de maanden daarvoor en daarna de meesjes en merels zich vol komen eten.
    Ze doen het expres!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Wij hebben zaterdag geteld (wel op ons balkon), 1 koolmees en dat was het. Heb ook nog naar buiten gekeken, waar er anders veel mezen, merels, roodborst of vinken aanwezig zijn in de struiken en bomen voor ons appartement...was het nu heel stil.
    Zou jet door het slechte weer (regen en harde wind) komen?

    Leuke blog (ik ben hier via Marion)
    groetjes Ghita

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hoi Kees,

    ik heb niet geteld maar we hebben alle dagen een grote hoeveelheid mussen inde tuin. Ook nu aardig wat spreeuwen en een 4- tal koolmezen en 2 merels. De Kauwen zijn er eigenlijk teveel.

    Leuk dat ik hier een Keep zie (nog nooit zelf gezien) en een groenling.

    Groetjes, Helma

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak