Doorgaan naar hoofdcontent

Eenzame dame op landgoed Vennebroek

Gister werd op het landgoed Vennebroek een eenzame dame aangetroffen. Grijs, verfrommeld en duidelijk verkleumd was haar een tijdelijk onderkomen aangeboden in een pastic cel.
 Hoewel het landgoed aan de noordkant van Paterswolde al vanaf de 17e eeuw bewoond wordt door min of meer rijkere dames (en heren) was dit toch een ander geval. Het was dan ook geen tweebenige schone maar een zespotig insect die duidelijk de weg kwijt was. Haar gebandeerde vleugelstompjes, als een oude mantel uitstaand aan beide kanten van haar lijfje, maakten duidelijk dat het een Grote Voorjaarsspanner was.   Mannetjes van deze soort hebben wel volledig ontwikkelde vleugels en gaan vanaf februari opzoek naar de rijk geparfumeerde dames. Nadat deze uit de pop zijn gekropen doen ze weinig meer dan vanaf de grond in een boom klimmen en wachten tot de mannen aan hun grote werk willen beginnen. Na een succesvolle paring worden de eitjes in de buurt van wat knoppen uitgezet en is het leven volbracht. Soms gaat er echter wat mis. Het mannetje wordt tijdens de paring opgeschrikt en sleurt het vrouwtje mee naar onbekende oorden.
Dat zal ook hier gebeurd zijn.  In het kader van een grote nachtvlinderinventari- satie, uitgevoerd door de Vlinderwerk-groep van KNNV Groningen / KNNV Oost-Groningen, wordt in het vroege voorjaar op "warme" avonden een sterke lamp ontstoken achter het raam van de werkplaats van Natuurmonumenten. Dit werkt als een magneet op vlinders en de afgelopen avonden werden dan ook tientallen vlinders genoteerd. Na ruim een jaar inventariseren in Vennebroek en het aangrenzende Friesche Veen staat de stand inmiddels op 450 soorten. De verwachting is dat aan het eind van 2011 de 500ste soort zeker genoteerd is. Grote aantallen die allen een goed plekje vinden in het gevarieerde natuurreservaat en profiteren van het kleinschalig beheer.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak