Doorgaan naar hoofdcontent

Gouden rand van Groningen versierd

Koolzaadveld, Nieuwolda Oost
Geert Teis schreef in 1919: Ain Pronkjewail in golden raand is Grönnen, Stad en Ommelaand". En de mooiste tijd om deze eerste regel van het Gronings volkslied letterlijk te beleven is het moment dat het Koolzaad bloeit. Feller geel dan de zachte gouden tint van de rijpe tarwe in de zomerperiode. Met name het oostelijk deel van het Ommeland lijkt op een bijzonder patch-work met lentegroen, kleizwart en knetterende koolzaadvelden als accenten.








Stap even uit de auto en ruik de zware zoete geur van miljoenen bloemen die elk om aandacht vragen. Niet van ons maar van de honingbijen die met karrevrachten vol door de imkers aangevoerd zijn. Het land zoemt van ontelbare vleugeltjes die maar één doel hebben: zo veel mogelijk nectar en stuifmeel in een moordend tempo naar de korf slepen. 

Koolzaad

Bijenkasten bij koolzaadveld

Honingbij aan het werk op koolzaad
Hoog boven de koolzaadvelden van Nieuw Scheemda en Niewolda Oost zweven twee paar Grauwe Kiekendieven. Buiten schootsafstand van een forse telelens willen ze zich wel laten bekijken. In slow motion om elkaar heen buitelen, dan even stijgen en weer naar beneden glijden. Een nestplaats zullen ze vast al uitgekozen hebben, misschien is zelfs het eerste ei al gelegd. Maar een beetje werken aan paarvorming is ook bij Kiekendieven alleen maar goed voor de verdere relatie.
Ondertussen wordt de aandacht getrokken door letterlijk tientallen Tapuiten. Op doortrek naar hun broedgebieden en nu genietend van echt Groningse vliegjes. Vaak al in paartjes maar af en toe ook kleine groepjes. Gele Kwikstaarten scharrelen er wat tussendoor maar moeten er toch niet veel van hebben. Zij hebben duidelijk andere zorgen aan hun hoofd, een nest met eieren of zelfs met jongen. 


Tapuit



Duist
Koolzaad bloeit voordat op de klei de meest wilde planten beginnen te bloeien. Geen concurrentie van gele Pastinaak of blauwe Cichorei. Zelfs het witte Fluitekruid begint nog maar aarzelend wat te kleuren. Wat kleine Herderstasjes, een enkele Paarse dovenetel en als echte voorjaarsbloeier: Duist. Een grasje wat thuis hoort bij de Vossestaarten. Bescheidener dan zijn grote algemenere broer, de Grote Vossestaart, en atijd op klei groeiend.




In Nieuwe Statenzijl gaat de gouden rand over in het zwarte Dollard water. De "Kiekkaaste" staat met haar lange poten in de hoog opgekomen vloed. Ook hier Tapuiten op en rond het plankier naar de vogelkijkhut. Een enkele Blauwborst laat zich even zien en de Rietgors krast er vrolijk op los. In en rond de hut is het duidelijk feest bij de Boerenzwaluwen. Stuntvliegen, zingen en de eerste modder voor het nest wordt aangesleept. Een Oeverloper heeft echter wat anders ontdekt: regenwormen, heerlijk! 
Boerenzwaluw

Boerenzwaluw als bouwvakker

Oeverloper
We verlaten de gouden rand bij Oudeschans, een fraai gerestaureerde 17e eeuw vestingdorpje op de vroegere snelweg van Groningen naar Emden. Nu is het een bijna slaperig gerestaureerd plaatsje waar vooral ruimte is voor langpootmuggen vangende Huismussen. Geen graan voor hun kroost maar hoogwaardig vlees.

Oudeschans, de kanonnen zwijgen

Huismus met Langpootmuggen
De gouden rand van Groningen, goudgeel van Koolzaad, mis het niet want over enkele weken is het weer een groene rand.




Reacties

  1. Hoi, Kees,
    Koolzaad ik was al een veld tegengekomen richting Ten Boer, maar toen te druk met de Floron.
    Wel gekeken of we de duist tegenkwamen, maar te veel eentonig grasland. Wel mooie sloten met oeverzegge en Goldenraand met boterbloemen.
    Goed verhaal en bijbehorende plaatjes, zoals we van jou gewend zijn uiteraard.
    Groet, Ubel.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. al dat koolzaad langs de bermen is werkelijk genieten, en inderdaad, wat een verrukkelijke geur! een heerlijk jaargetijde, alleen laat het bijpassende weer ons een beetje in de steek :-(
    gr Loes

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Zo vrolijk kun je worden van die grote goudgele velden, zeker met een zonnetje erbij. Ik ben een beetje jaloers op al die vogels die je zo maar even vernoemt. Mooi ook de zwaluw en oeverpieper.
    Groeten, Gonnie

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Prachtig blog van een typisch Gronings fenomeen, de Koolzaadvelden!
    Inderdaad is het een prachtige kleur geel en moet je het eigenlijk
    met eigen ogen bekijken. Maar jouw prachtige foto's geven de mogelijkheid
    om er al even van mee te genieten.
    Leuke serie vogels heb je ook gezien, wel jammer dat de Grauwe Kiekendieven
    zich niet lieten vastleggen, maar je heb vast ook al genoten van het er naar
    kijken, prachtige roofvogels zijn het.
    Natuurkieker Coby

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Het kanon lijkt een man in het gras..

    Wat een rijkdom!

    Groet oet Gieterveen, Annet

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Bedankt voor het delen, leuk verhaal en dito foto's. Groeten Ruud.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. die bouwvakkende zwaluw...wat fraai......
    en ja de koolzaadvelden daar hebben wij dit weekend ook volop van genoten...het is een kleur en ruik feest.

    BeantwoordenVerwijderen
  8. Velden koolzaad voor mij het teken van de volle lente. Ik kan er geen genoeg van krijgen als ik eerlijk ben. Toen ik nog imkerde leverde het een snel versuikerende honing op met een frisse smaak. Leuk dat de tapuit ook nog even wilde.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak