Links muurhooiwagen, rechts steenabrikoosjeskorst |
De laatste dag van alweer een fantastisch mooie Veldcursus bracht ons naar de Piepert, een buurtschap bij het Zuid-Limburgse Eys. Biologen kennen de Piepert als een uitgekomen droom. Kalkrijke bronbossen met kleine kaardebol, groot moerasscherm en reuzenpaardenstaart passen als puzzelstukjes in hoger gelegen kalkgraslanden met paarse betonie. Liefhebbers van oeroud stoomvervoer zoals mijn bonuszoon Tijs zijn hier wel eens door gereden zonder te weten welke biologische schatten letterlijk onder de wielen van het treintje te vinden zijn. Voor dit miljoenenlijntje van Schaesberg naar Simpelveld is ooit meer dan een miljoen gulden per aangelegde kilometer betaald. Negentig jaar later staan onze cursisten met hulp van docent Niels Kimpel te kijken naar unieke wezens die in of op deze miljoenen hun thuis gevonden hebben. Het begint al met de steenhooiwagen. Een beetje onooglijke spinachtige met een zwart lijfje die slechts op twee plaatsen in Nederland voorkomt. Er wordt gesuggereerd dat ze hier leven van de honderden muurkaardespinnen die ook in de tunnel onder de spoorlijn leven. De tweede extreem zeldzame soort is een miniatuur korstmosje. Alleen de apotheciën (voortplantingsorgaantjes van de schimmelcomponent) van steenabrikoosjeskorst zijn zichtbaar op de natte baksteen van een tweede tunnel. Als je ze eenmaal gezien hebt zie je er steeds meer.
Reacties
Een reactie posten