Bijschrift toevoegen, foto Niels Kimpel |
Tijdens de laatste Veldcursus Flora Fauna kwam uit een bodemmonster een bijzonder fraai miniatuurtje gewandeld. Acht pootjes, een geleed achterlijf en twee scharen dreigend vooruit gestoken. Zelfs met een grootte van enkele millimeters klaar om de strijd aan te gaan. Van agressiviteit was echter geen sprake, eerder verbazing over zijn plotselinge verhuizing naar een lekker warm schaaltje onder een stereoloep. Het was een basterdschorpioen. Verwant aan de spinnen maar toch totaal anders. Net als insecten hebben ze tracheeën, een buizenstelsel waarmee zuurstof van buiten naar binnen gebracht kan worden. In de onderste schaarhelft zit een kleine gifklier waarmee het snelle springstaarten kan verlammen en klaart kan maken voor een hapklare brok eiwit. Basterdschorpioenen komen overal voor maar worden zelden gezien
Reacties
Een reactie posten