Kom mee naar buiten allemaal, dan zoeken wij de wielewaal
En horen wij die muzikant, dan is zomer weer in 't land!
Dudeldjo klinkt zijn lied,Dudeldjo klinkt zijn lied, Dudeldjo en anders niet.
En horen wij die muzikant, dan is zomer weer in 't land!
Dudeldjo klinkt zijn lied,Dudeldjo klinkt zijn lied, Dudeldjo en anders niet.
Hij woont in 't dichte eikenbos, Gekleed in gouden vederdos
Daar jodelt hij op zijn schalmei, Tovert onze harten blij.
Dudeldjo klinkt zijn lied,Dudeldjo klinkt zijn lied, Dudeldjo en anders niet.
Daar jodelt hij op zijn schalmei, Tovert onze harten blij.
Dudeldjo klinkt zijn lied,Dudeldjo klinkt zijn lied, Dudeldjo en anders niet.
Omzoomd door lichtgroen eikenhout ligt Oudemolen te dommelen in de warme voorjaarszon. In de verte roept een Koekoek. En dan klinkt het nog wat aarzelend maar het is de echte zomerbode! Dudeldjo, dudeldjo, zoals het oude volksliedje zo mooi beschreef. De Wielewaal is terug. Onzichtbaar maar onmiskenbaar.
Vanaf de parkeerplaats bij Oudemolen dwalen we vandaag door één van de mooiste stukjes van Drenthe. Door de weilanden, waar de laatste dotterbloemen fel contrasteren met de eerste orchideeën, doorstekend naar het Oudemolense Diep. Dan door naar Gasteren, langs de ijsbaan en naar de Gasterense Duinen. Vervolgens via een mooie slinger langs het Anloërdiepje en de Burgvallen terug naar de Duinen en de parkeerplaats. Een wandeling die in elk jaargetijde een ontdekkingstocht is. Steeds anders gekleurde hooilanden maar ook houtwallen, hakhoutbosjes, heide en natuurlijk de kronkelende, soms brede en dan weer smalle Aa.
Graspieper |
Voor een bioloog is het zelfs na meer dan dertig jaar steeds weer verrassend. Na de zang van de Wielewaal worden we uit de boomkruinen toegeroepen door Gekraagde Roodstaarten, Grasmussen, Zwartkoppen en Tuinfluiters. Op de wat meer open plaats doet een Graspieper zachtjes mee. Vlinders als Oranjetip, Citroen, Kleine Vuurvlinder, Icarusblauwtje en Bont Zandoogje hebben het druk met elkaar. Mei is ook de topmaand voor rupsen van met name nachtvlinders.
Meteen aan het begin van de wandeling worden we verrast door twee "harlekijnen": Ringelrupsen! Niet zeldzaam maar met hun fluweel blauwe neusjes en hun fraai strepenpak zijn ze elke keer weer mooi.
Ringelrups |
Vele malen kleiner is de Blaasjespistoolkokermot. Een rupsje van iets minder dan een centimeter, gehuld in een nauw sluitend kokertje met daar overheen een geschubde "zijden" mantel. Onherkenbaar voor elke snavel en zelfs voor ons alleen te vinden door eikenblaadjes om te keren.
Teruglopend worden we bij de parkeerplaats begroet door het sonore basgeluid van een holenduif. Tijd om weer naar huis te gaan, herinneringen in de rugzak, 175 foto's opgeslagen in de camera en goede voornemens om weer terug te komen.
Blaasjespistoolkokermot |
Teruglopend worden we bij de parkeerplaats begroet door het sonore basgeluid van een holenduif. Tijd om weer naar huis te gaan, herinneringen in de rugzak, 175 foto's opgeslagen in de camera en goede voornemens om weer terug te komen.
Wat is de natuur toch bijzonder. En leuk dat harlekijnvlindertje!
BeantwoordenVerwijderen